Wat doe je precies?
‘Na zeven jaar Enschede, wilde ik wel een keertje weg. Hoe ik uiteindelijk in Zweden ben beland, is een lang verhaal. Ik ben namelijk eerst met de coördinator internationale betrekkingen gaan kijken wat de mogelijkheden waren om te gaan studeren in het buitenland. Deze persoon tipte mij een netwerk, een soort informatietechnologiegroep waar wereldwijd allerlei universiteiten zijn aangesloten. Ook de UT. Ik kon terecht bij de universiteit van Bôras. Alles leek in orde. Ik had goedkeuring en mijn vakken waren al uitgezocht. Totdat ik opeens te horen kreeg dat het beleid van deze universiteit veranderd was en ze geen nieuwe exchange studenten konden aannemen. Ik stond met lege handen. Gelukkig heeft de UT ook goede banden met de Universiteit in Linköping, waar regelmatig UT-studenten heen gaan. Uiteindelijk kon ik vrij snel regelen dat ik er vakken kon gaan volgen.’
Hoe ziet je leven eruit?
‘Doordeweeks ben ik serieus bezig met de studie. De lessen zijn vrijwel hetzelfde als aan de UT: veel zelf werken en interactieve colleges. Ik heb net een zwaar vak achter de rug, waarbij ik tien EC moest halen in zes weken met vooral het oplossen van allerlei cases. Dat was aanpoten. Nu heb ik iets minder zware vakken zodat ik wat meer vrije tijd overhoud. Ik sport dan of ga even de stad in. Ik woon zelf niet in de stad, maar op de campus. In tegenstelling tot de UT is het campusleven hier super heftig. Er zijn een paar honderd exchange studenten van allerlei nationaliteiten en dat zorgt wel voor een bruisend leven. De zogenaamde ‘corridor parties’ zijn heel hip. Het zijn huisfeesten waarbij iedereen zijn eigen drank meeneemt. Gek genoeg is dat bijna altijd zelfgemaakte wijn. Heel normaal. Op alcohol zit namelijk veel accijns. Voor een krat Heineken betaal je iets van vijftig euro. Studenten gaan daardoor dus zelf wijn maken met behulp van een pakketje geconcentreerd druivensap uit de supermarkt. Ik ben zelf ook bezig, zodat er ook nog wat echte ‘Waale-wijn’ naar Enschede kan.’
Wat zijn verschillen met Nederland?
‘Alle inwoners, het openbaar vervoer en de overheid zijn voorbereid op sneeuw. Van half november tot half april heb je in Linköping non-stop sneeuw en in de winter kan het makkelijk min twintig graden worden. En toch krijgen ze het voor elkaar dat gewoon alle bussen en treinen rijden, terwijl het in Nederland al lang een grote chaos zou zijn.
‘Tradities van het studentenleven zijn totaal anders dan in Enschede. Wij gaan naar een verenigingsavond gekleed in ‘jasje-dasje’, terwijl de Zweden in een overall gaan. Totaal het tegenovergestelde dus. Bij elk feest krijg je een soort embleem. Die naai je op je overall.
‘De Zweden zijn erg op zichzelf. Ik woon bijvoorbeeld in een corridor, zo heet een studentenhuis, met drie Zweedse studenten. Maar ik zie ze bijna nooit. Ze eten even en gaan dan weer terug naar hun eigen kamer. Als je iets vraagt zijn ze wel behulpzaam. Ze kunnen goed Engels, dat is makkelijk. Een vriendelijk, oprecht maar ingetogen volk. En ze studeren superhard. Ze willen het beste uit zichzelf halen. Voor mij een goede motivatie om daar in mee te gaan en alle vakken te halen.’
Nog reisplannen?
‘Niet veel. Ik ga wel stappen. In Stockholm bijvoorbeeld. En ik verwacht nog wel wat bezoekjes uit Nederland. Hiernaartoe vliegen met Ryanair is goed te doen.’
