Al voor de zomer voorspelde de vereniging dat de gevolgen van het nieuwe leenstelsel zouden meevallen. De studieschuld wordt weliswaar hoger nu de basisbeurs verdwijnt, maar oud-studenten mogen het aflossen van hun studieschuld uitsmeren over 35 jaar in plaats van vijftien jaar.
De maandlasten van een studieschuld zullen 'grofweg halveren door de verlenging van de terugbetaaltermijn', denken de banken nu. Ze veronderstellen bij een studieschuld van tienduizend euro dat de oud-student maandelijks 45 euro moet terugbetalen, in plaats van 75 euro in het oude systeem.
Nog altijd geldt: hoe hoger de studieschuld, hoe lager de hypotheek die de bank wil verstrekken. Maar de ‘wegingsfactor’ die hypotheekverstrekkers als vuistregel voor de studieschuld hanteren, wordt lager: geen 0,75 procent, maar 0,45 procent van de schuld per maand.
Overigens willen de banken inzicht krijgen in de hoogte van de studieschuld. 'Banken pleiten daarom al langer voor een BKR registratie van de studieschuld', aldus het bericht op de website van de vereniging.
Nu staat de studieschuld niet geregistreerd bij het in het Bureau Kredietregistratie, waar alleen hypotheken, andere leningen en betalingsachterstanden in zijn opgenomen. Banken kunnen naar de studieschuld vragen, maar hebben geen mogelijkheid om te controleren of iemand de waarheid spreekt.