‘Academische vrijheid onder druk’

| HOP, Matthijs van Schie

Academische vrijheid bestaat wel, schrijft jurist Joris Groen in zijn proefschrift, maar er zijn ook spanningen. Hij vindt dat bestuurders en overheid meer afstand moeten houden. Laat wetenschappers elkaar maar controleren.

Photo by: Gijs van Ouwerkerk

Hoeveel invloed heeft de politiek op universiteiten? Mogen bewindslieden zich bemoeien met de manier waarop onderzoek en onderwijs bedreven worden? Met de recente VVD-wens in het achterhoofd de politieke kleur van wetenschappers in kaart te brengen, zijn dat relevante vragen.

Joris Groen (33), inmiddels wetgevingsjurist bij het ministerie van Veiligheid en Justitie, promoveerde vorige week aan de Erasmus Universiteit Rotterdam op zijn proefschrift ‘Academische vrijheid, een juridische verkenning'. Daarin laat hij zien hoe de autonomie van wetenschap(pers) is vastgelegd in de wet.

Peer review

Hoe groot is de academische vrijheid in Nederland?

‘Die is gelukkig groot, wetenschappers hebben hier veel vrijheid in vergelijking met docenten in andere sectoren van het onderwijs. Individuele wetenschappers kunnen zich beroepen op de vrijheid van meningsuiting, en ook de wetenschap als beroepsgroep geniet allerlei wettelijke rechten en vrijheden.’

Waarin ziet u die hoge mate van vrijheid terug?

‘Wetenschappelijk docenten hebben veel vrijheid en zeggenschap om de inhoud van hun onderwijs te bepalen, overheidsorganisaties stellen in principe alleen minimale kwaliteitseisen. Ook bij onderzoek zie je dat er meer horizontaal dan verticaal toezicht is: het principe van peer review is bij het beoordelen van de kwaliteit van onderzoek heel belangrijk. Dat zorgt ervoor dat wetenschappers elkaar vanuit een gelijke positie controleren.

Overheidssturing

Maar u signaleert ook spanningen?

‘Universiteitsbesturen oefenen steeds meer invloed uit op de opleidingen. Colleges van bestuur nemen, al dan niet gedwongen door eisen van de overheid, soms ingrijpende besluiten om bijvoorbeeld opleidingen te stoppen of minder te financieren. Het snijden in de geesteswetenschappen aan de UvA, waartegen flink werd geprotesteerd, is daarvan een goed voorbeeld. Ook bij het bekostigen van onderzoek zie je spanningen: aan de ene kant hebben academici flink wat te zeggen, maar aan de andere kant worden keuzes door de overheid gestuurd.’

Perkt ook onderzoeksfinancier NWO de academische vrijheid in?

‘Ik heb NWO niet geëvalueerd, maar wel gekeken naar jurisprudentie: waar hebben zich in het verleden conflicten voorgedaan? Daaruit blijkt dat er vooral in de geesteswetenschappen en maatschappijwetenschappen veel discussie is over de selectieprocedure. Het is vaak appels met peren vergelijken: als je juridische met economische onderzoeksvoorstellen vergelijkt, wie bepaalt dan welk onderzoek meer waarde heeft? Het is hetzelfde als de verkiezing voor Sportman van het Jaar: waarom zouden de raceprestaties van Max Verstappen beter zijn dan de dartprestaties van Michael van Gerwen?’

Vooringenomenheid

U heeft ook gekeken naar de accreditatie van onderwijs.

‘Bij het accreditatieproces zie je dat twee doelen worden nagestreefd die in feite onverenigbaar zijn. Aan de ene kant controleert de NVAO (Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie, red.) de onderwijskwaliteit, waardoor instellingen niet geneigd zijn het achterste van hun tong te laten zien. Tegelijkertijd wil de NVAO dat het onderwijs beter wordt. Daarvoor heb je juist de vrijheid nodig om in gesprek te gaan met peers en kritisch te kijken naar je eigen opleiding, zonder direct het risico te lopen dat die wordt afgekeurd.’

De VVD wil een onderzoek naar eventuele ‘linkse’ vooringenomenheid op universiteiten. Schendt dat de academische vrijheid?

‘Het onderzoek zelf niet, maar het is wel de vraag wat je met de uitkomst zou moeten doen. Ik zie hier niet zo snel een zinvolle politieke interventie van komen. Wat de uitkomst ook zal zijn, ook bij daadwerkelijke vooringenomenheid zou de politiek zich zeer terughoudend moeten opstellen. De overheid moet universiteiten in elk geval niet gaan politiseren. Iets anders is dat vooringenomenheid binnen de wetenschappelijke gemeenschap wel een probleem zou zijn voor de wetenschap, maar die zal daar dan zelf iets mee moeten doen.’

Stay tuned

Sign up for our weekly newsletter.