Schripsema onderzocht het studiesucces van geneeskundestudenten van de Rijksuniversiteit Groningen, de Erasmus Universiteit en de Vrije Universiteit. Daarbij keek ze daarbij naar de hele loopbaan van studenten, zowel in de bachelor- als de masterfase.
Voorsprong
In eerste instantie lijken geselecteerde studenten het iets beter te doen. Maar uit nader onderzoek blijkt dat deze studenten waarschijnlijk al een voorsprong hadden omdat ze meer gemotiveerd en beter voorbereid waren, concludeert Schripsema. Later in de opleiding verdwijnen die verschillen.
Bovendien heeft selectie ook nadelen: het risico dat vaak hetzelfde type student wordt geselecteerd. Uit het proefschrift blijkt inderdaad dat kandidaten met bepaalde karaktereigenschappen (zoals extravertheid en nauwkeurigheid) een streepje voor hebben.
Schripsema promoveerde bij emeritus-hoogleraar Janke Schotanus van de Rijksuniversiteit Groningen. Haar conclusies wijken niet veel af van die van Anouk Wouters, een eerdere promovenda van Schotanus. Ook zij vond geen aanwijzingen dat selectie voor minder uitval zorgt. Die was bij geneeskunde sowieso al erg laag. Met de motivatie van geneeskundestudenten zat het wel snor, of ze nu waren geselecteerd of ingeloot.
‘Als je heel cynisch bent kun je zeggen dat de ene loterij is ingewisseld voor de andere’, zei hoogleraar Schotanus dit voorjaar tegen het HOP. Ook bij andere opleidingen klonken toen kritische geluiden over het nut van selectie.
Zorgelijk
Het Interstedelijk Studenten Overleg (ISO) vindt de resultaten van het onderzoek ‘erg interessant’ en hoopt dat er ook onderzoek komt bij andere selectieopleidingen. ‘Ze schieten als paddenstoelen uit de grond, terwijl er nog maar weinig onderzoek gedaan is naar de vraag of dit het gewenste resultaat oplevert’, aldus voorzitter Rhea van der Dong.
Het ISO is bang dat selectie aan de poort de toegankelijkheid van het hoger onderwijs onder druk zet. Van der Dong: ‘Dit is heel zorgelijk, want iedereen die wil en kan zou moeten kunnen studeren in het hoger onderwijs, ongeacht afkomst of opleiding van ouders.’