Na het afschaffen van de basisbeurs in 2015 gingen er minder jongeren studeren, maar dat zou snel weer bijtrekken, dachten de voorstanders van het leenstelsel destijds. Dat waren VVD, D66, PvdA en GroenLinks.
Gisteravond stuurde minister Van Engelshoven de Tweede Kamer een rapport over de gevolgen van allerlei maatregelen in het hoger onderwijs, waaronder het schrappen van de basisbeurs.
Basisbeurs
Het is extra interessant nu PvdA en GroenLinks een draai hebben gemaakt en hun handen van het nieuwe leenstelsel hebben afgetrokken. Er is in principe een meerderheid voor herinvoering van de basisbeurs.
Maar er zijn geen grote problemen ontstaan door het nieuwe leenstelsel, concludeert minister Van Engelshoven uit het rapport van onderzoeksbureau ResearchNed. De doorstroom van jongeren naar het hoger onderwijs is nagenoeg hetzelfde als vroeger, toen ze nog een basisbeurs kregen. Er gaan alleen iets minder mbo’ers naar het hbo, maar die trend was al langer zichtbaar en het lijkt bovendien niet erger te worden.
Wel hebben meer studenten een lening dan vroeger, maar dat viel te verwachten. Van de hbo-studenten zonder basisbeurs heeft 60 procent een lening en onder wo-studenten is dat zelfs 75 procent. Allemaal geen probleem, vindt de minister, zolang studenten maar een bewuste afweging maken.
Schokkend
Studentenorganisaties ISO en LSVb zien wel degelijk problemen. Een kwart van de hbo-studenten werkt meer dan zestien uur in de week, blijkt uit het rapport. Dat zijn schokkende cijfers, vindt de Landelijke Studentenvakbond (LSVb).
Volgens het rapport hebben twee op de drie studenten een bijbaan en kost die gemiddeld anderhalve dag in de week. Dat is overigens niet altijd erg. Helemaal niet werken óf meer dan zestien uur werken blijkt slechter voor de studievoortgang.
Het Interstedelijk Studenten Overleg (ISO) heeft ook kritiek en wijst op wat er allemaal buiten het rapport valt. Het gaat niet alleen om de toegankelijkheid van het onderwijs, zegt het ISO. ‘We moeten kijken naar alle gevolgen van het leenstelsel.’
Studenten zouden bijvoorbeeld meer psychische problemen hebben door het nieuwe leenstelsel en minder dingen naast hun studie doen. Ook komen ze met een achterstand op de woningmarkt.
Extra onderzoek
Maar volgens de minister is het niet zo eenvoudig. Er zijn inderdaad meer studenten die financiële problemen ervaren (een stijging van 13,6 naar 17,2 procent), maar opvallend genoeg hebben studenten met een basisbeurs daar juist vaker last van dan studenten die onder het nieuwe leenstelsel vallen.
De minister kondigt aan dat ze het beleid in het hoger onderwijs nog grondiger laat doorlichten, zoals de Tweede Kamer had gevraagd. De uitkomsten van dit onderzoek komen voor de zomer van 2020.