Over dat plan schrijft Eerste Kamerlid Esther-Mirjam Sent een blog. Zij is voorzitter van de commissie die het PvdA-verkiezingsprogramma opstelt, dat eind deze maand verschijnt.
De PvdA was een van de drijvende krachten achter het afschaffen van de basisbeurs. De slager zou niet moeten betalen voor het zoontje van de advocaat, was de gedachte. Met hulp van VVD, D66 en GroenLinks is de basisbeurs in 2015 geschrapt.
Schulden
Populair is de maatregel nooit geweest: de studieschulden stijgen rap en ook op de woningmarkt hebben jongeren het moeilijk. GroenLinks trok als eerste zijn handen van het nieuwe leenstelsel af, waarna D66 en PvdA volgden. Alleen de VVD steunt het nog.
Voormalig PvdA-voorzitter Hans Spekman zei vrij snel na de dramatische verkiezingsnederlaag van 2017 dat de partij een blinde vlek heeft gehad voor de studiefinanciering. Maar dat was lang niet iedereen met hem eens.
Een jaar geleden zei PvdA-leider Lodewijk Asscher dat er inderdaad weer een basisbeurs moest komen. Dat bleek toen feitelijk om een ruimere aanvullende beurs te gaan. Studenten uit rijke gezinnen zouden nog altijd geen beurs krijgen.
Bij de PvdA wil niemand toelichting geven op de nieuwe plannen. Maar in de Volkskrant zegt PvdA-senator Sent dat er veel leenangst en onzekerheid onder studenten is. ‘Daarom laten we het spreekwoordelijke zoontje van de advocaat straks meer belasting betalen als hij veel verdient. Het is een bijdrage na afloop van de studie, in plaats van tijdens. Maar nog steeds solidair.’ Dat citaat klopt, laat een woordvoerder weten.
Vragen
Hoe hoog die beurs dan wordt? Of iedereen dezelfde beurs krijgt? Wat de compensatie voor eerdere lichtingen studenten zou moeten zijn waar de partij voor pleit? Het mag allemaal nog niet naar buiten komen.
Ook licht de partij niet toe waarom zij aanvankelijk zo enthousiast was over het afschaffen en wat dan voor de ommezwaai heeft gezorgd. Dat maakt het voor een buitenstaander lastig inschatten hoeveel waarde de partij aan dit nieuwe standpunt hecht.
Maar één ding lijkt wel zeker: na de verkiezingen gaat de studiefinanciering weer op de schop. Ook heeft nog geen enkele partij ervoor gepleit om de extra investeringen in het hoger onderwijs terug te draaien, die mogelijk werden dankzij het nieuwe leenstelsel.