Morgen ontvangt het derde cohort – waarvan acht UT-medewerkers en zeven RUG medewerkers – een certificaat voor het voltooien van de leergang. Het is de derde en laatste keer dat de Universiteit Utrecht dit traject aanbiedt, daarom neemt de UT dit samen met de RUG over voor hun personeel.
‘Zowel de UT, de RUG als deelnemers waardeerden het traject van Utrecht enorm, dus wezenlijk veranderen we daar niet veel aan’, zegt Van den Berg. ‘Na gesprekken binnen en buiten onze universiteiten, leggen we wel onze eigen accenten. We voegen een tussentijds feedbackmoment en een eindgesprek toe. En een gemeenschappelijke opdracht: gemengde teams werken aan een vraagstuk, dat de eigen instellingen overstijgt.’
Regiepositie
Net als bij de leergang van Utrecht, is het traject dat de UT samen met de RUG aanbiedt bedoeld voor een selecte doelgroep. ‘Deelnemers zijn meestal opleidingsdirecteur, (vice)decaan of hebben een andere coördinerende rol binnen het onderwijs’, zegt Van den Berg. ‘Een decaan draagt de deelnemers aan, die op hun beurt een uitgebreide motivatie moeten overleggen.’
Juist voor deze groep is het volgens Van den Berg belangrijk dat ze deze leergang volgen. ‘Het zijn mensen met een regiepositie binnen het onderwijs. Soms formeel, soms informeel. Maar je moet hoe dan ook goed samenwerken, je onderwijs goed organiseren en rekening houden met strategische overwegingen en een krachtenveld aan stakeholders.’
‘Leider loopt voorop’
Leiderschap is daarom cruciaal, stelt Van den Berg, werkzaam bij het Centre of Expertise in Learning and Teaching (CELT). ‘Ook als je niet direct een bevoegdheid of mandaat hebt. Zo is de rol van een opleidingsdirecteur al vrij bijzonder. Je hebt wel verantwoordelijkheden, maar niet altijd de bevoegdheid. Met deze leergang leer je regie pakken. Een leider loopt namelijk voorop en laat de weg zien, maar je moet ook mensen verleiden om mee te lopen. Dat vereist niet alleen kennis, maar ook een bepaald gedragsrepertoire.’