Discussie over kennisveiligheid: kans of kantelpunt?

| Stan Waning

Het auditorium in de Technohal was woensdagmiddag het decor van een debat over kennisveiligheid. Vanuit verschillende disciplines bespraken deelnemers de rol van China, de gevaren van kennisveiligheid, maar ook de kansen die er liggen. ‘Wees open waar het kan en gesloten waar het moet.’

Collegevoorzitter Vinod Subramaniam opende de middag, waar enkele tientallen geïnteresseerden op af kwamen. Hij stelde vast dat er een kantelpunt is bereikt als het gaat om kennisveiligheid. ‘We moeten ons bewust zijn van de risico’s en daarnaar handelen. Hoe doen we dat zonder daarbij naïef te zijn?’, vroeg hij zich af. Ook waarschuwde hij dat niet altijd ‘the obvious suspects’ de boosdoener zijn. Als het over kennisveiligheid gaat, gaat het immers vaak over China, ‘maar vanuit informatica hoor ik dat ook de VS en big tech-bedrijven zeer geïnteresseerd zijn in gevoelige kennis.’

Jaarlijks studeren rond de tien à elf miljoen mensen af aan een Chinese universiteit.

China-expert

Na de introductie was het podium voor Ingrid D’Hooghe, die haar licht liet schijnen op de geopolitieke ontwikkelingen. De China-expert, verbonden aan Clingendael en het Asia Leiden Center, vertelde over de indrukwekkende reis die China in relatief korte tijd afgelegde en de buitengewoon ambitieuze ambities van het land. ‘China heeft heel goed begrepen dat wie vooroploopt in technologie, ook vooroploopt in economische overheersing. Dat beleid gaat de komende jaren niet veranderen. China is ook een belangrijke speler in de wetenschap geworden. Jaarlijks studeren rond de tien à elf miljoen mensen af aan een Chinese universiteit. Het land wil in 2050 dé voorloper zijn op academisch gebied, dus kennisveiligheid is een ontzettend belangrijk thema.’

Nadat Irna van der Molen – op de UT het aanspreekpunt als het gaat om kennisveiligheid – het onderwerp dichterbij de campus haalde, was het woord aan Hatte van der Woude. Het VVD-Kamerlid was eerder werkzaam voor de AIVD en woonde jarenlang in meerdere Aziatische landen. ‘Over de hele wereld heb ik goede contacten en ik heb mij als beleidsadviseur lang ingezet om de Haagse Hogeschool internationaler te maken. Daarom voelt het vreemd om me met mijn achtergrond nu vooral bezig te houden met een rem op internationalisering en kennisveiligheid.’

Het is uitdagend om mensen te motiveren voor iets wat je niet kan zien. Er heerst soms een ‘we kijken wel hoe het zich ontwikkelt’-mentaliteit.

Angst voor discriminatie

Dat er naar haar idee veel meer aandacht voor kennisveiligheid moet zijn, komt vooral door haar tijd bij de AIVD en het recente rapport van de MIVD. ‘Heel verontrustend. Vooral universiteiten stonden lang niet open voor problemen rondom kennisveiligheid, terwijl zich meerdere situaties hebben voorgedaan op Nederlandse universiteiten rondom het thema.’ Ze somde ook op waarom het lastig is om beleid te maken op kennisveiligheid. ‘Het is uitdagend om mensen te motiveren voor iets wat je niet kan zien. Er heerst soms een ‘we kijken wel hoe het zich ontwikkelt’-mentaliteit en het wantrouwen richting de overheid werkt door naar de diensten. Adviezen worden niet altijd serieus genomen en er is in de aanpak angst voor discriminatie. Mijn advies is: wees open waar het kan en gesloten waar het moet.’

Na haar verhaal schoven Subramaniam, D’Hooghe en Van der Woude aan tafel, waar ze onder leiding van Van der Molen en Derek-Jan Fikkers (directeur Strategie en Beleid) in debat gingen met Bram Nauta (hoogleraar Integrated circuit Design) en Lukas Roffel (CTO Thales). De deelnemers waren het erover eens dat instellingen, bedrijven, de politiek en universiteiten meer moeten doen om gevoelige kennis te beschermen, maar over het hoe leefden verschillende inzichten en mitsen en maren. Volgens D’Hooghe moet de politiek maar ook bedrijven zich afvragen hoe afhankelijk ze van één land willen zijn. ‘China valt Taiwan morgen niet binnen, maar op termijn is dat zeker niet ondenkbaar. Dat brengt enorme gevolgen met zich mee, bijvoorbeeld als je kijkt naar de chipindustrie.’

Chinees bedrijf

Subramaniam deelde aan het einde van de bijeenkomst nog een anekdote die aantoont hoe actueel het thema is, ook op de UT. ‘Bram Nauta belde mij onlangs. Hij vertelde dat hij gedoe had met een bedrijf, want Bram had een nee aan hen verkocht en ik zou daar hoe dan ook nog van te horen krijgen.’ Een voorspelling die bleek uit te komen. Nauta: ‘Ze waren woest dat ik niet wilde meewerken aan een project. Ze zeiden dat ze niet Chinees waren, maar dat bleek gewoon niet te kloppen. Volgens hen ging het bovendien om iets simpels, maar als het om iets eenvoudigs ging dan hadden ze mij niet gevraagd.’ Subramaniam: ‘En dit voorbeeld staat niet op zichzelf, dit soort situaties doen zich vaker voor. Ik ben blij hoe Bram heeft gehandeld en sta honderd procent achter hem.’

Vanuit het publiek kwam er aan het slot van de bijeenkomst vooral advies voor Kamerlid Van der Woude, over hoe de politiek de komende maanden en jaren met dit thema om moet gaan. Van der Molen sloot het debat af en bedankte alle sprekers met een UT-paraplu.

Stay tuned

Sign up for our weekly newsletter.