Schotman, student technische bedrijfskunde, kijkt als voorzitter terug op een vervelend jaar voor DIOK. Net als in andere sporten was in het badminton ook vrijwel niets mogelijk, terwijl de sport op het oog geschikt lijkt als ‘coronasport’. Het veld mag dan kleiner zijn dan in het tennis, maar de spelers houden anderhalve meter afstand en een net zorgt ook nog eens voor een gedeelde ondergrond. Dat ideale beeld valt volgens Schotman tegen.
Want jullie spelen vanaf maart 2020 al niet meer?
‘Eigenlijk niet. Het grote voordeel van badminton is dat je prima met twee of vier spelers kunt spelen, maar het grote nadeel is dat je buiten vrijwel niets kunt. De ontwikkeling in outdoor shuttles is veelbelovend, maar dat is voor de nabije toekomst nog geen oplossing. Aangezien zaalsporten nu niet zijn toegestaan, kunnen we vrijwel niets. In de zomer kon er eindelijk wat meer. Toen mochten we de zaal weer in, maar bleek dat de ventilatie niet op orde was, dus eigenlijk staan wij als vereniging al een jaar stil.’
De laatste verspoeling helpt jullie ook niet?
‘Nauwelijks. We zijn samengekomen vorige week en hebben wat aan kracht en conditie gedaan samen, maar het sociale aspect was eigenlijk belangrijker. Je zag dat iedereen snakte naar zo’n moment. Alle momenten die we samen kunnen pakken, die pakken we. Zolang we de zaal alleen niet in mogen, schiet het niet veel op.’
Hoe zorg je dan toch dat het verenigingsgevoel behouden blijft?
‘Voor de coronacrisis hadden we op de donderdagen een verenigingsavond voor onze tachtig leden. Die avond is gebleven, maar dan online. Dan doen we spelletjes of een pubquiz. Het kerstfeest ging ook digitaal door. Het ledenaantal daalde iets afgelopen jaar, maar nog niet zoveel dat we ons zorgen maken.’
Waar hopen jullie op voor de komende tijd?
‘Het belangrijkste voor ons is dat zaalsporten snel weer zijn toegestaan. Afgelopen jaar konden we de competitie gelukkig nog afmaken, maar door het toernooiseizoen ging een streep. Aan het eind van het seizoen hebben we altijd een clubkampioenschap. Het is nog niet duidelijk wanneer precies, maar dat zou een mooi moment zijn om eindelijk weer de zaal in te mogen.’