De hoogleraar die sinds 1964 op de UT werkt, is sinds drie maanden met flexibel pensioen. Voor Plomp betekent dat gewoon doorwerken aan ondermeer zijn internationale projecten. De agenda blijft vol. Thuiszitten is voor anderen.
Vijfendertig jaar is een lange periode om op terug te kijken. Plomp realiseert zich terdege dat zolang bij dezelfde werkgever blijven, tegenwoordig niet meer 'in' is. 'Toch heb ik niet het gevoel dat ik vastgeroest zit op een regionale universiteit. Ik heb in die jaren zoveel verschillende dingen gedaan.' Een indrukwekkend cv wordt tevoorschijn gehaald. 'Ik heb een korte Europese en een lange Amerikaanse versie.' Schertsend: 'Daar moet je ongeveer elke boer noteren die je laat.'
Maar ook het korte cv is lang genoeg. In 1964 zette mathematicus Plomp zijn eerste schreden op de UT als wiskundig instructeur. Maar wiskunde bleek een kalverliefde. 'Op de middelbare school was ik goed in wiskunde en dus is dat wat je gaat studeren.' Na vijf jaar voelde Plomp zich niet meer op zijn plaats, zijn onderzoek kwam niet van de grond. TW-professor Willem van Spiegel stimuleerde hem de onderwijskunde in te gaan. 'Tjeerd, het stikt hier van de onderwijsproblemen, wil je daar niet iets aan doen.' Plomp stemde toe en werkte mee aan een beleidsnotitie die leidde tot het audio-visueel centrum van de toen nog TH Twente. In 1974 promoveerde hij op het gebruik van nieuwe media in het eerstejaars-wiskundeonderwijs. Inmiddels werkte hij mee aan het oprichten van de faculteit Toegepaste Onderwijskunde. Plomp werd in 1978 uitgeleend aan de nieuwe studierichting en was er de eerste onderwijsdecaan. Daarmee zei hij wiskunde een definitief vaarwel. Drie jaar later volgde zijn aanstelling als hoogleraar curriculumtechnologie.
Plomp is hét voorbeeld van een autodidact, althans op dit terrein. 'Ik heb nog nooit een tentamen onderwijskunde afgelegd', zegt hij geamuseerd. Volgens hem schuilt in elke leraar tot op zekere hoogte een onderwijskundige. Vergelijkend: 'De leraar is technicus, de onderwijskundige technoloog. Daarmee bedoel ik dat de onderwijskundige nieuwe initiatieven en ideeën moet kunnen vormgeven.'
Netwerk
Na '81 zat Plomp vele adviescommissies en projectgroepen voor. In 89 werd hij voorzitter van de IEA (International Associaton for the Evaluation of Educational Achievement), een organisatie die internationaal vergelijkend onderzoek doet naar resultaten van basis en voortgezet onderwijs. Het leverde hem vele contacten op. Dat netwerk helpt hem nu bij het opzetten van een master's programme en andere internationale projecten. Gezien het feit dat het voorzitterschap van de IEA een halve baan bleek, was het een drukke periode. Niet voor niets noemden studenten hem soms de 'visiting professor.'
Momenteel is hij onder andere bezig in Rusland, Hongarije, Mozambique en Zuid-Afrika. In Mozambique wordt een faculteit onderwijskunde opgericht. Vier keer per jaar laat Plomp er zijn gezicht zien. In Zuid-Afrika werkt hij aan een projectvoorstel voor een mastersprogramma.
Rusland
Zo'n acht jaar geleden was Rusland de regelmatige bestemming van Plomp. Zeventig jaar lang maakten alle Russische kinderen op welke Russische school dan ook, zich allemaal binnen dezelfde tijd dezelfde stof eigen. Door de perestroika ontstonden nieuwe vrijheden. Tweederde van de leerstofwordt nog centraal voorgeschreven, eenderde vult de regio zelf in. Plomp hielp daartoe een model te ontwikkelen. 'Rusland is geen ontwikkelingsland maar een land dat worstelt met de omschakeling naar een nieuw systeem. Met Russen kan ik als wetenschapper op voet van gelijkheid omgaan. Wat dat betreft lopen ze niet achter. Bedenk maar dat ze eerder op de maan waren dan de Amerikanen. In Mozambique ligt dat anders. Zo'n land heeft het wat dat betreft moeilijker.'
In Hongarije is een soortgelijk project als in Rusland gaande. 'Dat land heeft het makkelijker dan Rusland. Hongarije is altijd meer centraal Europees geweest, meer verwant met West-Europa. Ze vinden nu makkelijker aansluiting.'
Plomp geniet van zijn buitenlandse avonturen. 'Ik heb het altijd al leuk gevonden om buiten de muren van mijn eigen club te kijken. En het is heel boeiend om te zien hoe geldig onze theoretische kennis is in een ontwikkelingsland.'
Voorzitter van de IEA is Plomp sinds kort niet meer. En ook op de UT draagt hij de fakkel over, zij het op bestuurlijk gebied. Maar de UT blijft zijn werkterrein. 'Ik heb nog een aantal promovendi, als hoogleraar maak je dat natuurlijk af. Ik heb mijn internationale projecten. En ik zeg bijna nergens nee tegen.' Vervolgt zorgelijk: 'Zo hebik alweer ja gezegd tegen een voorstel om in het najaar drie weken in Hong Kong les te gaan geven. Ik ontdekte net dat er rond die periode ook in Zuid-Afrika een piek van werkzaamheden is.'
Dieptepunt
Zonder dalen geen toppen. Dieptepunt in zijn lange loopbaan waren de jaren als wiskundige. Dat het onderzoek niet vlotte, was bijna reden de UT te verlaten. De jaren 78-83 waren het mooist. 'De oprichting van de faculteit TO, iets heel nieuws maken, het was fantastisch om daarbij betrokken te zijn. Een stuk moeilijker was het om dat elan waarmee we begonnen ook vast te houden. Alles was ineens zo gevestigd. Sommige ideeën konden niet uitgevoerd worden, mede door het restrictieve beleid van de overheid. En dat was weleens jammer.'
Maar ook op de afgelopen vijf jaren kijkt Plomp tevreden terug, waarbij hij 1996 als het hoogtepunt uit zijn loopbaan bestempelt. 'Dat was het jaar waarin ik het meeste oogstte. Ik kreeg een eredoctoraat van de Universiteit Gent, mijn encyclopedie kwam uit, tegelijk met nog een ander boek.' Het eredoctoraat vergelijkt hij met een prestatie als sporter van het jaar. 'Praktische betekenis heeft het niet, wel is het een hele eer. En ik heb een sjerp gekregen, die draag ik weleens bij promoties en andere plechtigheden.'
Plomp probeert zijn passie voor zijn werk te verwoorden. 'Ik ving laatst een interview op met iemand die het kennelijk ook heel druk heeft. Liefde is de drijfveer zei die persoon. Dat vond ik heel mooi gezegd. Het is liefde voor je vak en geloof in wat je doet. Dát heb je nodig, mét natuurlijk de steun van de mensen om je heen.'
Het afscheidssymposium van Plomp is vrijdag 16 juni. 'Ze willen het graag markeren. Van mij hoeft het niet. Ik neem nog lang geen afscheid.'
Tjeerd Plomp