Grolsch tussen economie en emotie

| Redactie

Voor de meeste Enschedeërs is de vuurwerkramp niet veel meer dan een nare herinnering. Slachtoffers worden daarentegen nog dagelijks met de fatale explosie geconfronteerd. Tweede aflevering in de serie over leven met de ramp. Naast mensen, gezinnen en families raakten ook honderden bedrijven ontwricht door de vuurwerkramp. Grolsch was daarvan de bekendste. Maar de poorten zijn weer open. Directeur

Voor de meeste Enschedeërs is de vuurwerkramp niet veel meer dan een nare herinnering. Slachtoffers worden daarentegen nog dagelijks met de fatale explosie geconfronteerd. Tweede aflevering in de serie over leven met de ramp.

Naast mensen, gezinnen en families raakten ook honderden bedrijven ontwricht door de vuurwerkramp. Grolsch was daarvan de bekendste. Maar de poorten zijn weer open. Directeur Jacques Troch over het herstel van de brouwerij.

Een groot bedrijf is geen getraumatiseerd slachtoffer dat 's nachts badend in het zweet wakker schrikt. Als een onderneming getroffen wordt door een ramp, denk je als vanzelf in termen van economische schade. Hoelang ligt het productieproces plat, wat gaat dat kosten, en wie draait ervoor op? En, in het geval van een notering, hoe reageert de beurs?

Zo zou je ook naar Grolsch kunnen kijken. De vuurwerkramp zette de Enschedese brouwerij zaterdag 13 mei in lichterlaaie. De waterzuiveringsinstallatie verbrandde, alle etiketten gingen in rook op, een aantal gebouwen werd verwoest of ontzet, geen ruit bleef heel. De helft van de biervoorraad ging verloren.

De ravage was zo groot dat de brouwerij helemaal stil kwam te liggen. De eerste flesjes konden na twee weken weer worden afgevuld, van brouwen was langer geen sprake. Totale schade: ettelijke tientallen miljoenen guldens. Grolsch bleek goed verzekerd, maar verloor wel enig marktaandeel.

Om dat terug te winnen bedacht het bedrijf een stunt: op Prinsjesdag kreeg de klant bij aankoop van een krat pijpjes of beugels een Zalmkoffertje met twaalf gratis blikjes cadeau. Als om de consument te laten merken dat Grolsch weer boven Jan is. Alle werknemers zijn terug uit zusterbrouwerij Groenlo, Enschede produceert als vóór de ramp.

Een klein wonder? Volgens Grolschbaas Jacques Troch hebben, behalve een aardig staaltje crisismanagement, twee externe factoren de vlotte herrijzenis van zijn brouwerij mogelijk gemaakt: hulp van buitenaf en een zekere mate van geluk bij al het ongeluk. De directeur: 'Ik moet zeggen: aan beide heeft het ons niet ontbroken.'

Om met het eerste te beginnen: van je concurrenten, heeft Troch gemerkt, moet je het hebben. Een grote brouwer als Grolsch - nationaal marktaandeel 15 procent - is geen bakker wiens klanten hun brood wel een straatje verderop kopen. De tegenslag ten spijt moesten de horecacontracten nagekomen worden.

Daarvoor deed de brouwerij beroep op collegabrouwers. 'Normaal concurreren we elkaar het liefste dood', zegt Troch, 'maar er bestaat blijkbaar een grens.' Voor de bierproductie stelden Brand (Wijlre, Zuid-Limburg) en het Leuvense Interbrew capaciteit beschikbaar, daarnaast klopte Grolsch aan bij het Engelse Brass, een partner van de Enschedese brouwerij.

Mooi geregeld, maar eenvoudig was het allerminst. Grolsch transporteerde vaten en grondstoffen naar Engeland en België, en kon het bier later weer ophalen. Daarna moest het nog naar de afnemers. Intussen werd er thuis hard aan de eigen installaties gewerkt.

De ongeschonden helft van de biervooraad lag opgeslagen in ondergrondse tanks. Maar helaas had de lijn om de vaten te vullen het begeven. Nederlandse brouwerijen werken allemaal met verschillende vaten, dus zocht Grolsch hulp buitengaats. Troch: 'Aan de Duits-Deense grens vonden we een brouwer die ons helpen kon.'

Dan het geluk bij het ongeluk. Veel ging er stuk, die 13e mei, maar gek genoeg, op de afvullijnen na, niets essentieels. Kroonkurken, etiketten, timmerplaatsen, magazijnen met reserveonderdelen, dat wel. Maar het brouwgedeelte was relatief aardig intact gebleven.

Troch somt op: 'Op het terrein stonden pallets met kratten waarin flesjes zaten - onontbeerlijk voor de distributie. Muren zijn omgeblazen, maar geen kratje lag eraf. Waarschijnlijk omdat er lucht doorheen kan.'

'De vrachtwagens. Geen auto is het rampgebied uitgekomen, wij hebben maar één vrachtwagen verloren.' De verbazing staat op zijn gezicht. 'De apollo's, zo noemen wij de raketachtige gistingskolommen, werkten nog, de koperen brouwketels ook.'

De rampzalige zaterdagavond had Troch daar niet op durven tellen. Toen stond hij op het kruispunt van Deurningerstraat en de Lasondersingel, en zag toe hoe het vuur boven de brouwerij telkens weer oplaaide. 'Daar blijft niets van over, dacht ik.'

De zondagochtend erna betrad de directeur het gehavende terrein. 'De schade was enorm, maar we zagen meteen: dit kan gerepareerd worden.' Troch doet een bekentenis: 'Ik heb dat weekend erg veel gehad aan mijn militaire achtergrond. Ik ben sinds jaar en dag reservist in het Belgische leger.'

Luitenant-kolonel, overste dus, bij de pantsertroepen. Getraind om koelbloedig te handelen in noodsituaties. Hij pakt een papiertje en schrijft op: De toestand. De opdracht. De uitvoering. Links in de bovenhoek: Hirarchie. 'Dat hebben ze er bij mij ingebeiteld.'

Dus zat overste Troch diezelfde zondagmiddag met zijn crisisstaf in een afgehuurd Assinkhof. Actiepunten: personeel, productie, hulp van buitenaf, logistiek, communicatie intern en extern, verzekeringen. 'Ik heb altijd een hekel gehad aan mobiele telefoons', glimlacht hij. 'Maar wat een uitvinding, geweldig.'

Vijf maanden later is de brouwerij vrijwel hersteld en oogt ze weer als te voren: de blikvanger van wat eens de wijk Roombeek was. 'Welkom terug' stond er vorige week op een spandoek boven de personeelsentree. Iedereen is weer gewoon aan de slag.

Eind goed al goed? Jawel - zolang je Grolsch bekijkt als een bedrijf, als een instelling met winstoogmerk. Maar waar loopt de grens tussen economie en emotie? Soms bestaat die niet eens. Grolsch-woordvoerder Paul Könings staat op het dak van de brouwerij - geen andere plek in Enschede biedt een completer en dus confronterender uitzicht op het rampgebied - en wijst naar de ruïnes van de Bamshoeve.

'Daar zaten ruim zestig kleine bedrijfjes', zegt hij. 'Veelal eenmansondernemingen. Vaak niet verzekerd, alles weg. Dramatisch natuurlijk.' Könings stond even na de explosies, nog voor brandweer en politie de wijk hermetisch afsloten, op ditzelfde dak.

Hij zag hoe het vuur huis voor huis de Roomweg opvrat. 'Afschuwelijk', zegt hij. En dacht: daar gaan we weer. Negen was Könings toen de Engelsen 3 maart 1945 per ongeluk een Haagse wijk bombardeerden. 'Onze straat ging ook in de as. Ik herinner me nog precies hoe we op de vlucht zijn geslagen.'

En zo bulkt het personeelsbestand van Grolsch van mensen met nare herinneringen. Troch legde de weken na de ramp samen met zijn vrouw menig bezoekje af. 'In totaal woonden er 65 van onze mensen in het rampgebied - gepensioneerden, vrouwen en kinderen inbegrepen.'

'Die eerste tijd houd je je hart dus vast', zegt hij. 'Het duurt een paar dagen voor je weet of ze terecht zijn. Iedereen heeft het overleefd, een klein mirakel toch. Velen raakten niettemin alles kwijt. We zijn bij een jongen geweest wiens vrouw hoog zwanger was van een tweeling. Die kinderen zijn gelukkig gezond ter wereld gebracht.'

Maar toch: 'Voor Grolsch had het vele malen erger kunnen aflopen. De vijf man die op het moment van de explosies in de fabriekshal waren, mankeerdeniets - fysiek althans. En godzijdank was het weekend. Op een doordeweekse dag werken er zo'n tweehonderd man in de productie en nog eens tweehonderd op kantoor. Ik wil er niet aan denken wat er onder die omstandigheden gebeurd zou zijn.'

Geen doden, geen gewonden - en geen ammoniaktank die de lucht in ging. Trochs gezicht betrekt als het over de rel gaat. De vermeende tank van 5000 liter ammoniak. Onderzoekers bij CT brachten een rapport uit, waarin stond dat Grolsch risico had gelopen met de concentratie in één reservoir. 'Zonder hier geweest te zijn', zegt Troch.

Grolsch ontkende en staafde met een eigen extern onderzoek, maar tegen de afspraken in lekte UT'ers naar de pers. 'Niet prettig', zegt Troch. De zaak is bijgelegd. De directeur heeft inmiddels zelfs twee gastcolleges gegeven over ethiek. 'Grolsch, de ramp, en ethiek - zo heb ik ze genoemd.'

foto

Grolsch draait weer op volle toeren.

Stay tuned

Sign up for our weekly newsletter.