Ruim 1500 medewerkers deden mee aan het online-onderzoek dat het Tilburgse bureau IVA eind vorig jaar uitvoerde naar `werkdruk en daaraan gerelateerde arbeidsomstandigheden' aan de UT. Daaruit blijkt dat driekwart van het UT-personeel met plezier naar zijn werk gaat.
Op het onderdeel `werktevredenheid' scoort de UT echter lager dan het landelijk gemiddelde. Met name het ondersteunend personeel is wat negatiever gestemd. Met de stelling `Als ik alles mocht overdoen, zou ik beslist weer voor dit werk kiezen' is slechts 52 procent van het obp het eens. Van de wetenschappers schaart 68 procent zich achter deze stelling.
De werkstress onder UT-personeel is `gemiddeld genomen beperkt', volgens het rapport. Toch heeft 17 procent van het wp en 11 procent van het obp `regelmatig of altijd' problemen met de drukte op het werk. Bij 31 procent van de wp'ers uit de werkstress zich onder meer in het feit dat zij zich in hun vrije tijd vaak zorgen maken over het werk.
Bij 39 procent van het obp en 20 procent van het wp deden zich de afgelopen jaren `redelijk tot zeer sterke' veranderingen voor in het werk. De meerderheid van hen vindt dat daardoor hun werkdruk is toegenomen.
Overuren maken is voor 65 procent van de wetenschappers en 40 procent van de obp'ers normaal. Een hoogleraar werkt gemiddeld 15 uur per week extra, een gemiddelde wetenschapper 7,5 uur en een doorsnee obp'er maakt wekelijks 3,4 overuren.
Hoogleraren, uhd's en ud's zouden meer tijd aan onderzoek en minder aan organisatorische taken willen besteden. Zes van de tien medewerkers in deze categorie zeggen problemen te ondervinden als gevolg van het op de UT gehanteerde financieel verdeelmodel. Van het wetenschappelijk personeel geeft bovendien nog eens 43 procent aan dat de tijdnorm voor het verzorgen van onderwijs (veel) te krap is.
De meeste medewerkers denken dat zij ook over drie jaar nog bij de UT werken (61 procent van het wp en 81 procent van het obp). Hoewel 61 procent van de wp'ers denkt buiten de universiteit meer te kunnen verdienen, is dat geen belangrijke reden om een vertrek te overwegen.
De kwaliteit van de werkondersteunende faciliteiten wordt over het algemeen als goed of zelfs (zoals de secretariële ondersteuning) uitstekend beoordeeld. Over de centrale en decentrale diensten van de automatiseringsafdelingen zijn de UT'ers het minst te spreken.
Het integrale rapport verschijnt binnenkort op de UT-website.