Voor zijn Sociaal en Cultureel Rapport 2012 benaderde het SCP dit voorjaar vierduizend mensen, van wie er 3.359 de vragenlijst invulden. Daarin stonden onder meer vragen over de eigen bijdrage van burgers aan het hoger onderwijs. Ze blijken het niet eens met de overheid die studeren steeds meer als investering van mensen in hun eigen toekomst ziet. Tegen een koppeling van financiële bijdragen aan studieprestaties hebben ze minder bezwaar.
Meer dan de helft van de ondervraagden is het ‘oneens’ of ‘helemaal oneens’ met de stelling dat de basisbeurs vervangen moet worden door een ‘lening met gunstige voorwaarden’. De voorstanders vormen minder dan dertig procent en de rest is neutraal.
Maar de steun voor de langstudeerboete is opvallend groot. Zo’n 65 procent van de respondenten is het eens of helemaal eens met de stelling dat studenten extra collegegeld moeten betalen als ze lang over hun studie doen. Minder dan twintig procent is daar tegen.
Over de gevolgen van een leenstelsel zijn de onderzoekers niet zeker. Studenten zijn niet bijzonder gevoelig voor prijsverhogingen, dus waarschijnlijk gaan ze toch naar het hoger onderwijs, ondanks de prijs. Maar zin om te lenen hebben ze niet.
Bijna zeventig procent van de scholieren en studenten zegt de lening ‘zo min mogelijk’ te willen gebruiken. Zo’n twee op de drie wil naast de studie extra gaan werken. Bijna zestig procent wil langer bij zijn ouders blijven wonen. Er zijn maar weinig scholieren en studenten die zouden afzien van een studie als er een leenstelsel komt.
Laagopgeleiden geloven vaker dan hoogopgeleiden dat het afschaffen van de basisbeurs het hoger onderwijs minder toegankelijk maakt voor kinderen uit arme gezinnen. Toch vinden laagopgeleiden vaker dan hoogopgeleiden dat de basisbeurs geschrapt mag worden. Daar hebben de SCP-onderzoekers een verklaring voor: deze respondenten beschouwen de basisbeurs als steun aan mensen die toch al een hoger inkomen hebben.
HOP, Bas Belleman