Voorheen konden studentenhuisvesters de verwarmingskosten rechtstreeks aan hun huurders doorberekenen, maar zo simpel is het nu niet meer. Sinds 1 januari gelden nieuwe regels voor de levering van warmte aan huurders. De rekening mag bijvoorbeeld niet meer boven een bepaald bedrag uitkomen en de manier waarop de kosten worden berekend is veranderd.
De zogeheten warmtewet is bedoeld om huurders te beschermen die niet kunnen overstappen naar een andere energieleverancier en dus met lege handen staan als een bedrijf als Eneco of Essent ineens besluit om de prijzen te verhogen. Dat is bijvoorbeeld het geval bij huizen die zijn aangesloten op stadsverwarming: de gemeente bepaalt in dat geval welk bedrijf de warmte levert.
Sympathiek, maar volgens Buitenhuis komen studentenhuisvesters door de nieuwe regels in de problemen. Studenten zullen uiteindelijk misschien meer moeten gaan betalen. Ten eerste: als leveranciers een maximumtarief mógen hanteren, dan is de kans dat ze dat ook daadwerkelijk gaan doen groot. Daar komt bij dat het risico van storingen tegenwoordig bij de verhuurders ligt, in plaats van bij leveranciers als Eneco. Buitenhuis: 'Als er daar iets mis gaat moeten wij de huurders financieel compenseren.' Dat risico zullen huisvesters mogelijk gaan doorberekenen, waarschuwt hij. Verder is hij bang dat de administratieve lasten de pan uit zullen rijzen, zodat studentenkamers minder betaalbaar worden.