Nederlandse onderzoekers krijgen dankzij de databank toegang tot een enorme hoeveelheid biologische en biomedische onderzoeksgegevens. ‘Simpel gezegd is Elixir een netwerk waarin het mogelijk wordt om data onderling met elkaar te laten spreken’, legt Barend Mons, geneticus en hoofd van Elixir Nederland, uit. Met andere woorden: wetenschappers gaan hun ruwe data allemaal op dezelfde manier opslaan.
Als dat lukt kunnen computers vervolgens makkelijker zoeken in de enorme hoeveelheden data. ‘Voor mij betekent het bijvoorbeeld dat ik data over een bepaald gen veel sneller kan verzamelen en beoordelen dan voorheen’, zegt Mons. ‘Nu moeten wetenschappers een computer als het ware aan de hand nemen, straks kunnen computers zelf beslissen welke data ik kan gebruiken en welke niet.’
Staatssecretaris Sander Dekker pleit al langer voor het openbaar toegankelijk maken van onderzoeksgegevens in alle wetenschappelijke sectoren. ‘Ik ben blij dat het Europese Elixir daar binnen het biomedische veld een voortrekkersrol in speelt, en dat Nederland daar actief aan bijdraagt’, zei hij dan ook bij ondertekening van de overeenkomst. Nederland draagt de komende vijf jaar 1,1 miljoen euro bij aan de databank.
