Onderwijsminister Bussemaker neigt naar die laatste oplossing: medezeggenschappers moeten met de hand op tafel durven slaan en bestuurders op hun beurt moeten het op prijs stellen dat iemand ze af en toe tegenspreekt. Er zijn al meer dan genoeg regels, hield ze de Tweede Kamer gisteren meermalen voor tijdens een debat over goed bestuur. “Het heeft geen zin om steeds nieuwe wetten te maken. Dan krijgen we een enorm bouwwerk waar niemand meer iets van begrijpt en waar iedereen zich achter verschuilt.”
VVD-Kamerlid Pieter Duisenberg was dat met haar eens. Paul van Meenen (D66) trok een andere conclusie: er zijn wel degelijk meer regels nodig. De wetgever zou een aantal minimumeisen wettelijk moeten vastleggen, zodat opleidingscommissies en medezeggenschapsraden meer recht krijgen op informatie en faciliteiten. Hij vindt dat alle raden instemmingsrecht zouden moeten hebben over de hoofdlijnen van de begroting.
Bussemaker is er nog steeds niet enthousiast over, maar lijkt minder negatief dan vorig jaar. “Het mag al. De wet legt daar geen beperkingen over op. Op sommige instellingen gebeurt het nu al, en in andere gevallen zie ik geen noodzaak om het verplicht te stellen.”
De PVV ziet er helemaal niets in. Medezeggenschapsraden functioneren volgens Kamerlid Harm Beertema lang niet altijd goed genoeg. Waarom zou je die medeverantwoordelijk maken voor de begroting van hun onderwijsinstelling, als ze niet eens in staat zijn hun eigen opleidingsbudget te regelen omdat ze er niet om durven te vragen?