Het wetsvoorstel dat de basisbeurs afschaft wordt zo snel mogelijk in de Tweede Kamer behandeld. Dat hebben de vier partijen die het leenstelsel steunen zojuist besloten. En dat schiet de oppositie in het verkeerde keelgat.
'Kunnen we niet gewoon even fatsoenlijk rekening met elkaar houden', wierp Schouten de vier partijen tijdens een procedurevergadering voor de voeten. 'Ik ben hier echt pissed off over.' De plenaire behandeling zou volgende week al kunnen plaatsvinden, maar dan staat ook de OCW-begroting op de agenda. Schouten vreest dat ze daardoor te weinig tijd heeft om zich goed voor te bereiden. 'Ik vind niet dat we hier nu normaal met elkaar omgaan', riep ze uit.
Haastklus
Ook CDA-Kamerlid Michel Rog zei er 'werkelijk grote moeite' mee te hebben. Rog: 'Dit is de grootste wijziging in de studiefinanciering sinds 1986. Ik doe een uitdrukkelijk verzoek om het wetsvoorstel niet volgende week al op de agenda te zetten. Wel spoedig, maar niet volgende week.' Hij kreeg bijval van SP-Kamerlid Jasper van Dijk, die de ‘haastklus’ onaanvaardbaar noemde.
De Kamerleden van de leenstelselcoalitie hadden voor de ChristenUnie nog enig begrip. 'Ik hoor wat mevrouw Schouten zegt', reageerde Paul van Meenen (D66). 'Maar ik wil zo spoedig mogelijk duidelijkheid geven aan studenten. Dat is het belang dat ik nu wil laten voorgaan.' Jesse Klaver van GroenLinks probeerde haar een hart onder de riem te steken door op te merken dat hij volgende week in hetzelfde schuitje zit.
170 vragen
Rog van het CDA en Van Dijk van de SP konden op minder vriendelijke woorden rekenen. Van Meenen betwijfelde de intenties van beide partijen: 'Bepaalde fracties blijken in staat om in één dag 170 vragen te stellen, dus dan moet het lezen van de antwoorden ook wel lukken. Bovendien ligt het wetsvoorstel er niet pas sinds gisteren. Dat is al ruim een maand openbaar.'
Kamerlid Harm Beertema van de PVV zag het gelaten aan. Hij voelt zich 'geschoffeerd, maar het zij zo. Dit is een gelopen race. Ik vraag me af of het nog de moeite is om te gaan debatteren. Misschien moet ik me gaan bezighouden met dingen die nog wel nuttig kunnen zijn.'