‘Studeren op maat’ heet de notitie die het ISO dinsdagmiddag presenteerde. Het is een aanval op het starre onderwijsaanbod aan hogescholen en universiteiten en een oproep om studenten meer keuzevrijheid te bieden: in het tempo waarin ze willen studeren, de momenten waarop ze aan een vak kunnen beginnen en in de vakken die ze willen volgen.
Critici waarschuwen dat opleidingen zullen veranderen in onsamenhangende blokkendozen als studenten zelf hun onderwijsprogramma mogen samenstellen. Maar het ISO is daar niet bang voor. Voorzitter Linde de Nie: ‘Wij denken juist dat het onderwijs er beter van wordt.'
Ze vervolgt: 'Natuurlijk moeten studenten de basisvakken van hun opleiding volgen, anders kunnen ze geen diploma krijgen, of toegang tot een vervolgstudie of tot de arbeidsmarkt. Maar als ze meer keuzevakken kunnen volgen, eventueel bij een andere opleiding of instelling, dan zijn ze beter gemotiveerd. Wij snappen ook wel dat die keuzevrijheid bij een opleiding als sociologie makkelijker valt te realiseren dan bij tandheelkunde, waar veel vakken verplicht zijn.’
Kunnen studenten die grotere keuzevrijheid wel aan?
‘Een deel van de studenten vindt het standaardprogramma prima. Studenten die iets anders willen, zullen goed moeten nadenken over hun vakkenkeuze en daarbij betere begeleiding moeten krijgen. Ook de examencommissies krijgen een zwaardere taak, want die moeten beoordelen of het door de student gevolgde programma wel een diploma waard is.’
Jullie pleiten ook voor meer online-onderwijs. Gaat dat niet ten koste van het contact tussen student en docent?
‘Juist niet. Wat je kunt missen is het traditionele college waarin een docent twee uur lang kennis overdraagt aan een paar honderd studenten. Als je die colleges opneemt en online zet, blijft er meer tijd en ruimte over voor kleine werkgroepen. Daar is het contact veel intensiever en kun je veel beter sparren met je docent.’
‘Een ander voordeel is dat je die online-colleges waar en wanneer je maar wilt kunt volgen, dus ook als je bestuurswerk doet of een bijbaan hebt of in het buitenland zit.’
Zelf bepalen wanneer je een vak volgt of tentamen maakt, wat doet dat met het studietempo?
‘We pleiten voor meer startmomenten van opleidingen en vakken. Nu kun je vaak alleen in september met een studie beginnen, worden colleges en werkgroepen maar één maal per jaar gegeven en liggen contacturen zo goed als vast. Juist dat is niet erg bevorderlijk voor het studietempo, want dan moet je als student langer wachten dan je lief is en verlies je kostbare tijd.’
‘Ook als je gelijktijdig een tweede studie wilt doen, loop je tegen allerlei barrières aan. Al was het alleen maar omdat de tentamens vaak in dezelfde week vallen. Dat soort zaken kan veel beter worden geregeld. Het kost ongetwijfeld geld, maar met de opbrengst van het studievoorschot in het vooruitzicht moet dat betaalbaar zijn. Gelukkig voelt ook minister Bussemaker hier veel voor. Hopelijk leidt het tot meer tevreden studenten en minder studievertraging.’
Linde de Nie