Matthijs de Ruiter is behalve student ook mantelzorger voor zijn jongere broer. Een reeks hevige epileptische aanvallen in het eerste levensjaar zorgden ervoor dat Matthijs’ broer een mentale beperking opliep, met ontwikkelingsproblematiek tot gevolg. ‘Hij is inmiddels achttien en wordt steeds zelfstandiger, maar hij heeft hier en daar toch wel wat ondersteuning nodig. Mijn taken als mantelzorger bestaan vooral uit hem heen en rijden naar de zorgboerderij waar hij vaak heengaat, en hem af en toe eens mee uit nemen om iets leuks te gaan doen.’
24 uur per dag
Zelf vindt Matthijs niet dat hij het zwaar heeft als mantelzorger, maar bij anderen is dat soms anders zegt hij. ‘Ik ben zelf geen uren bezig met mijn broertje, mijn ouders nemen het grootste deel van de zorg voor hem op zich. Aan de andere kant ken ik ook mensen die een groot deel van hun tijd en van zichzelf in de zorg voor een ander steken. Afgelopen zomer deed ik vakantiewerk als schoonmaker in de thuiszorg. Ik kwam daar bij een getrouwd stel waarvan de man een hersenbloeding heeft gehad, en als gevolg daarvan vrij ernstig gehandicapt is. Zijn vrouw is bijna 24 uur per dag met hem bezig, en komt daardoor bijna niet aan zichzelf toe. De paar keer dat ik daar kwam om schoon te maken heb ik meer met haar gepraat dan daadwerkelijk gewerkt. Als ik weer wegging zwaaide ze me met tranen in de ogen uit. Zo iemand heeft ook ondersteuning nodig.’
‘Verzorgenden hebben het ook moeilijk’
Volgens Matthijs is er niet genoeg aandacht voor mantelzorgers. ‘Mantelzorgers worden niet gehoord. Mensen van buitenaf denken vaak dat de beperkte of de zieke het zwaar heeft, maar vergeten dat de verzorgenden ook onder de situatie gebukt gaan. Soms hebben mantelzorgers het zelfs zwaarder als degenen die ze bijstaan, zeker als zieke of beperkte persoon zelf niet beseft dat ze ziek zijn.’
Ervaringsmaatje
Sinds kort werkt Matthijs daarom als vrijwillig ‘ervaringsmaatje’ bij SIZ Twente. Hij begeleidt in die hoedanigheid een tienjarige jongen met ook een gehandicapte broer. ‘Wanneer je een direct familielid met een beperking hebt, gaat er uiteraard veel aandacht naar diegene uit, en dat gaat soms ten koste van de andere gezinsleden. Met name voor kinderen kan dat soms moeilijk zijn. Ik ken de situatie, dus ik probeer als maatje die jongen af en toe uit z’n dagelijkse situatie te halen en hem wat aandacht en afleiding te bieden. Daarnaast dien ik ook als tussenpersoon met zijn ouders. Op die manier wil ik wat terugdoen voor de maatschappij en bovendien sluit het goed aan bij mijn opleiding psychologie.’
‘Er zijn voor anderen’
Matthijs kan naar eigen zeggen zijn taken als mantelzorger en ervaringsmaatje goed met zijn studie combineren. ‘Gelukkig kost de zorg voor mijn broertje niet heel veel tijd, en ben ik als ervaringsmaatje één keer per week bezig, dus levert dat geen problemen op. Daarnaast vind ik het gewoon belangrijk om er voor anderen te zijn als dat nodig is.’