Het datagebruik, dat groeit met veertig procent per jaar, lijkt een nieuw energieprobleem. Met meer dan één apparaat per persoon wereldwijd lijkt dit probleem ook niet zomaar op te lossen. Want data worden steeds belangrijker’, zegt Rasing. ‘De 21e eeuw is de eeuw van de data, het is de nieuwe olie’. Rasing, werkzaam aan Radboud Universiteit, nam het publiek mee in zijn onderzoek en hoe het brein daarin een rol speelt.
Even googlen?
Waar computers kleiner en kleiner worden, wordt er meer en meer data gebruikt. Apparaten worden niet alleen sneller, ze slurpen ook meer energie. ‘Het energiegebruik van chips loopt uit de klauwen. Te kleine chips kosten te veel energie: veel energie gaat verloren. ‘Voor dertig Google-searches kook je één liter water!’ Op het gebied van groen leven blijkt dus nog veel winst te behalen, benadrukt Rasing.
Brein versus supercomputer
Waar computers stap voor stap oplossingen bedenken voor problemen, kan een mens meerdere stappen tegelijk maken. De supercomputer en het menselijk brein hebben volgens de spreker een vergelijkbare capaciteit. Toch legt de computer het af tegen de hersenen op het vlak van efficiënt werken. ‘Het brein kan snel herkennen en kan leren. Een computer lukt dit nog niet zo goed.’ Dit is voor Rasing de reden een onderzoeksteam samen te stellen om de techniek van het brein te gebruiken voor computers. De hersencellen, nodig om snel informatie te vervoeren, zijn hierbij leidraad. ‘De ambitie is om materialen te vinden die kunnen leren en deze in de computer te verwerken.’
Een wisseling van de wacht?
Rasing, die aan het begin staat van de weg naar een zuinigere computer, onderzoekt hoe de computer kan herkennen, leren en meerdere taken tegelijk kan doen, zoals ons brein het ook doet. ‘Maar als de computer zo slim wordt, neemt het dan de mens niet over? was een vraag na afloop. Dat is volgens Rasing niet de bedoeling. ‘Het enige doel is het efficiënter maken van de computer.’