Nederland bungelt nog steeds onderaan de lijstjes wanneer het gaat om duurzame energie, waarschuwen de wetenschappers - onder wie UT-hoogleraren Arjen Hoekstra (Water Management) en Anne van der Veen (Ruimtelijke Economie) - vandaag in een open brief aan het nieuw te vormen kabinet. De onderzoekers doen twaalf aanbevelingen om een omslag te bewerkstelligen.
Minister van Energie en Klimaat
Allereerst moet een minister van Energie en Klimaat worden aangesteld, die zich bezig moet houden met de zogenoemde ‘energietransitie’. Zijn eerste taak zou zijn om een klimaatwet in te voeren, waarin klimaatdoelstellingen expliciet zijn vastgelegd.
‘De vervuiler betaalt’, moet het uitgangspunt zijn, vinden de onderzoekers. Voer bijvoorbeeld CO2-belasting in, zoals in Zweden. Het geld dat dit oplevert kan dan weer gebruikt worden om mensen met lage inkomens te compenseren. Een kilometerheffing moet de CO2-uitstoot nog verder terugdringen en de vijf resterende kolencentrales moeten binnen drie jaar hun deuren sluiten.
Onderwijs
Bij deze ‘vergroening’ is het onderwijs erg belangrijk. Geef het thema duurzaamheid een belangrijke plek in het curriculum, adviseren de wetenschappers: zo kunnen we kinderen en jongeren goed voorbereiden op een duurzame wereld. Het beroepsonderwijs zou de innovatie kunnen aanjagen, door ‘regionale campussen’ te starten waarin jongeren samen met bedrijven onderwerpen als klimaatadaptatie of de circulaire economie onderzoeken.
De wetenschappers geven toe dat de veranderingen veel vergen van burgers, bedrijven en overheid. ‘Maar het levert ook veel op: werkgelegenheid, innovatie en een nieuw economisch perspectief.’
De lijst van negentig professoren wordt aangevoerd door hoogleraar transitiekunde Jan Rotmans, die zich al langer sterk maakt voor een groene economie. Hij is oprichter van de organisatie Urgenda, die twee jaar geleden via de rechter afdwong dat de Nederlandse Staat meer actie moet ondernemen om de CO2-uitstoot drastisch te verminderen.