Een UT-afvaardiging van onderzoekers, docenten, bestuurders en studenten ging in conclaaf met Pieter Duisenberg over de toekomst van de Nederlandse universiteiten in het algemeen, en de UT in het bijzonder. De kersverse voorzitter trapte af met twee speerpunten van de VSNU: Hoe blijven de Nederlandse universiteiten aan de top van de internationale wetenschap en hoe kunnen ze, in ‘het post-truth-tijdperk’, middenin de samenleving staan? Hij voegde er direct aan toe dat de universiteiten voor grote uitdagingen staan door de beperkte financiering en de hoge werk- en aanvraagdruk.
Lijstjes
De UT wil tot de universitaire top behoren, maar wat is dat eigenlijk: de top? ‘De universiteit moet een eigen stijl neerzetten’, zegt assistent-professor Roy Damgrave. We moeten zélf tevreden zijn. In lijstjes en rankings sta je altijd wel ergens bovenaan.’ Lijstjes spelen ook een hoofdrol bij de werk- en aanvraagdruk. ‘De universitair docent moet nu een soort homo universalis zijn’, stelt hoogleraar Peter Paul Verbeek. ‘Hij of zij moet goed zijn in onderwijs én in onderzoek.’ Volgens de tafel is het beter om mensen te toetsen op hun specialisatie. ‘We willen een gedifferentieerd beoordelingslijstje’, concludeert universitair docent Joris van Hoof.
Keiharde euro’s
De tafel is het erover eens dat de wetenschap verbinding moet zoeken met de samenleving. Maar hoe zorg je ervoor dat ‘de man op de straat’ het belang van wetenschap inziet? ‘Maak het duidelijk in getallen, in keiharde euro’s’, stelt professor Alexander Brinkman. ‘Maak duidelijk wat het individu aan wetenschap heeft.’ Daar ligt volgens de tafelgenodigden een schone taak voor de journalistiek en de wetenschapscommunicatie, vindt ook Pieter Duisenberg. ‘Daarnaast leiden we een nieuwe generatie mensen op, laten we dat niet vergeten’, zegt Brinkman. ‘Nederland doet dat goed: onze UT-studenten worden in het buitenland, als ze op stage gaan, heel goed beoordeeld.’
Het bezoek van Duisenberg maakt deel uit van zijn rondje langs alle Nederlandse universiteiten.
