Kamer blijft kritisch over beëindiging experiment met student-promovendi

Regeringspartijen CDA en VVD nemen geen genoegen met de argumenten van minister Van Engelshoven om het experiment met student-promovendi niet verder uit te breiden. Ze hebben haar opnieuw vragen gesteld.

Photo by: Arjan Reef

De meeste Nederlandse promovendi zijn in dienst van hun universiteit. Ze ontvangen een salaris en bouwen pensioen op. Maar er zijn nu ook promotiestudenten, die alleen een studiebeurs krijgen en dus goedkoper zijn.

Vroeger was het niet toegestaan om promovendi een beurs in plaats van een salaris te geven, al gebeurde het soms toch. Na jaren van lobbyen kwam er onder het vorige kabinet een experiment: universiteiten mochten het bursalenstelsel gaan uitproberen.

Weinig belangstelling

Vanaf 2016 konden er in totaal tweeduizend beurspromovendi van start. Maar de universiteiten hadden weinig belangstelling. Alleen de Rijksuniversiteit Groningen, de grote aanjager van het experiment, kreeg toestemming voor 850 student-promovendi. Er werden vijftien plaatsen aan de Erasmus Universiteit Rotterdam toebedeeld.

Afgelopen najaar maakte Van Engelshoven bekend dat het experiment niet wordt uitgebreid. Ze gaat geen tweede aanvraagronde toestaan. Haar belangrijkste argument was de tegenvallende belangstelling. Ze nam haar besluit nog voordat het experiment voor het eerst landelijk was geëvalueerd.

Heroverwegen

Begin dit jaar vroegen VVD en CDA de minister haar keuze te heroverwegen als deze (tussen-)evaluatie positieve effecten zou laten zien. Maar de minister hield voet bij stuk. “Ik zou een nieuwe aanvraagronde eventueel hebben overwogen als dat een meer gevarieerde invulling van het promotie-onderwijstraject zou hebben opgeleverd, hetgeen van meerwaarde voor het experiment zou zijn geweest. Maar van belangstelling van andere universiteiten buiten de RUG en de EUR was geen sprake en is ook nu niet gebleken.”

CDA, VVD, PVV en SGP hebben er moeite mee, blijkt uit nieuwe Kamervragen: “Een meer gevarieerde invulling van het promotie-onderwijstraject” is toch nooit een criterium geweest om deel te nemen aan het experiment? Waarom nu dan ineens wel? Ook vragen ze de minister of het experiment wel goed kan worden geëvalueerd als er minder dan 2.000 deelnemers zijn. Haar antwoord wordt binnen drie weken verwacht.

Stay tuned

Sign up for our weekly newsletter.