Vier maanden na het leggen van de fundering, werd in september het gebouw bouwkundig opgeleverd. ‘De bouw is heel snel en bijna vlekkeloos gegaan’, vertelt Spikker. ‘Vervolgens moesten er nog wel wat gebruikelijke kinderziektes uit en kregen we trainingen van leveranciers voor het gebruik van de nieuwe apparatuur. Volgende week gaat het echt gebeuren, dan starten we met de eerste practica in de Hangar.’
Capaciteitstekort
De nieuwe werkplaats was broodnodig, stelt Spikker. Naast de UT-opleiding werktuigbouwkunde, biedt de UT sinds september ook een gezamenlijke WB-bacheloropleiding aan samen met de VU. ‘Onze eigen opleiding groeide de laatste jaren dusdanig hard dat we al kampten met een capaciteitstekort. De werkplaats in de Westhorst werd zoveel gebruikt voor practica dat onderzoekers die ook de werkplaats wilden gebruiken hun werk stil moesten leggen. Nu hebben we weer meer flexibiliteit en ruimte.’
Alles in huis
De vandaag geopende Hangar heeft volgens Spikker alles in huis voor projectonderwijs: van voldoende materiaal tot draaibanken, freesmachines en lasersnijders tot lasapparatuur en handgereedschap voor assemblage. Ook met veiligheid wordt extra rekening gehouden. ‘Een werkplaats is toch wat risicovoller dan een collegezaal of kantoorruimte. We houden goed toezicht en hebben we twee extra bedrijfshulpverleners toegevoegd aan het bestaande team.’
Tijdelijke oplossing
De Hangar, achter de Horst, is een tijdelijke oplossing om de groei van de WB-opleidingen op te vangen. Volgens Spikker zou een toekomstbestendige oplossing zijn om één werkplaats te hebben, waarvoor plek is tussen de Noordhorst en Kleinhorst. Daarover moet het college van bestuur nog eerst een besluit nemen. ‘Eén grote hal maakt alles voor ons ook beter te organiseren. Maar met de Hangar kunnen we de komende paar jaar in ieder geval mee vooruit.’