We studeren aan de duurste streamingsdienst van Nederland, stelt een ontevreden student van de Hogeschool van Amsterdam. Het huidige onderwijs is eigenlijk geen 2.143 euro collegegeld waard, vindt hij. Hij is een petitie gestart.
Docenten werken keihard om het onderwijs overeind te houden, maar de lessen zijn inderdaad nog vaak online. Navraag bij hogescholen en universiteiten leert dat ze tussen de 20 en 30 procent van hun studenten in hun gebouwen kunnen hebben: helaas veel minder dan eerst. Eerstejaars krijgen voorrang, want die moeten elkaar en hun docenten nog leren kennen.
On campus
De Radboud Universiteit Nijmegen komt tot 15 à 20 procent. In Maastricht is een kwart van de lessen on campus. De UvA schat het aandeel fysieke lessen eveneens ‘ergens tussen de 20 en 30 procent’.
Maar de technische universiteiten van Eindhoven en Twente komen naar eigen zeggen tot 40 procent. Volle collegezalen zul je ook daar niet zien. ‘Hoorcolleges zijn allemaal online’, meldt de TU/e. ‘Voorts heeft elke masterstudent en elke bachelorstudent minimaal één vak (deels) on campus en hebben de meeste eerstejaars meer dan één vak deels on campus.’ Overigens met uitzondering van de afstudeerders.
De percentages lopen in het hbo ook uiteen, afhankelijk van grootte en het soort onderwijs. Bij Avans Hogeschool schatten ze een kwart van de studenten in hun gebouwen kwijt te kunnen, bij de Haagse Hogeschool en de Hogeschool Rotterdam zit de maximale capaciteit nu op 40 procent. Een kleine hogeschool als Driestar Educatief werkt met halve klassen en kan bijna de helft van de studenten lessen in het echt laten volgen.
Stadion
Sommige instellingen verzinnen iets slims om studenten toch bijeen te laten komen. Meer dan tweehonderd Utrechtse hbo-studenten moesten op een morgen naar het stadion van FC Utrecht komen. Daar konden ze makkelijk drie stoeltjes uit elkaar zitten. De stem van de docent galmde door het stadion.
Andere studenten krijgen les in een schouwburg of een congreshal. Die gebouwen staan nu toch leeg. Er zijn ook hotels die nauwelijks gasten krijgen en hun blik op het hoger onderwijs laten vallen. Toch is de situatie verre van ideaal en lang niet overal bedenken ze zulke creatieve oplossingen.
In Vlaanderen pakken ze de problemen anders aan. De zuiderburen geven ook les in het weekend en ’s avonds, zodat studenten naar hun werkgroep kunnen. Weliswaar niet op fijne tijden, maar toch. Hier in Nederland werd die suggestie snel van de hand gewezen.
Handtekeningen
Er staan nog steeds petities online om collegegeld terug te vragen. Er is er een met meer dan 52 duizend digitale handtekeningen. ‘Studenten zullen door uitval van colleges en afwezigheid van docenten hun lesstof minder goed begrijpen. Het is lastiger om gerichte vragen aan ze te stellen’, staat erin. Bovendien kunnen studenten minder gebruikmaken van de faciliteiten. Dus willen ze een deel van het collegegeld van vorig jaar terug, of forse aanpassing van het collegegeld voor dit jaar.
De HvA-student heeft inmiddels ruim achtduizend steunbetuigingen voor ongeveer hetzelfde pleidooi. ‘Wij mogen voor zo'n bedrag meer/betere inzet vanuit de hogescholen en universiteiten verwachten’, stelt hij.
Hoe kan dit?
De landelijke studentenorganisaties ISO en LSVb vinden ook dat er te weinig ‘fysieke’ lessen zijn. ‘Hoe kan het dat de ene instelling op 40 procent uitkomt en de ander op 20 procent?’, vraagt LSVb-voorzitter Lyle Muns zich af. ‘Faciliteiten en gebouwen kunnen natuurlijk verschillen, maar het ene percentage is de helft van het andere. Dat is erg opvallend.’
Beide organisaties vinden dat instellingen beter hun best zouden kunnen doen om externe onderwijslocaties te regelen. Dat is voor de zomer immers ook zo afgesproken tijdens een gesprek met premier Rutte in het Catshuis. ‘Het belangrijkste is dat de kwaliteit van het onderwijs hoog blijft’, zegt ISO-voorzitter Dahran Çoban. ‘Fysiek onderwijs heeft daarin nou eenmaal onze voorkeur.’
Het ISO vindt dat er voor studenten uiteindelijk een bepaalde vorm van compensatie moet komen. ‘Maar dat geld mag niet worden weggehaald bij de instellingen’, zegt Çoban. ‘Het moet van de overheid komen.’
‘De LSVb is altijd al tegen collegegeld geweest’, voegt Muns eraan toe. ‘Maar als het nu alleen wordt verlaagd vanwege de coronacrisis, dan zeg je daarmee eigenlijk dat je accepteert dat het onderwijs van mindere kwaliteit is. En dát is niet de bedoeling.’