Kunnen jullie eerst uitleggen wat een master-insert is?
Van Dalen: ‘Dat is een extra curriculum voor masterstudenten, maar ook voor exchange-studenten, dat bovenop het reguliere programma komt. Het onderwijs is transdisciplinair, dus studenten, alumni, docenten, externe stakeholders en programmadirecteuren uit meerdere richtingen komen samen. Challenge Based Learning en self-directed learning zijn twee belangrijke thema’s in de master-insert, waar samenwerken aan maatschappelijke thema’s centraal staat. Een recent voorbeeld: we kregen de casus voorgelegd hoe je monumenten groener maakt, zonder de culturele waarde te verliezen. Daar ga je met de groep, die dus bestaat uit mensen uit verschillende disciplines, naar kijken.
Waarom heet de groep ‘Shaping Responsible Futures’?
Klaassen: ‘De master-insert is geïnitieerd door het DesignLab en de faculteit Engineering Technology. De naam slaat op de vraag hoe je gezamenlijk op een verantwoordelijke manier de toekomst creëert. Hoe krijg je iedereen daar in mee? En wat voor een systemen heb je daar bij nodig?’
Hoe wonnen jullie deze prijs?
Van Dalen: ‘Elke universiteit kon een programma naar voren schuiven, maar dan ben je er nog niet. We kwamen steeds eens stukje verder, werden geïnterviewd door de jury, waarin we het curriculum moesten uitleggen en uiteindelijk zaten we bij de laatste drie. Gisteren wisten we al dat we een prijs kregen, maar nog niet dat het ook echt de eerste prijs zou zijn.’
Hadden jullie dit verwacht?
Van Dalen: ‘Om eerlijk te zijn niet. De master-insert draait nog maar drie jaar en is behoorlijk kleinschalig. We dachten dat onze impact nog te klein was. Andere programma's bedienen veel meer studenten, al zijn we wel altijd overtuigd geweest van dit curriculum.’ Klaassen: ‘De jury gaf aan dat wij ons onderscheiden omdat we studenten echt meenemen in het programma en dat gaf de doorslag.’
Wat gebeurt er met de 1,2 miljoen euro?
Van Dalen: ‘Dat moet nog bepaald worden, maar die komt ten goede aan het onderwijs. Wellicht kan het UT-breed uitgerold worden of zelfs landelijk. Het komt hoe dan ook goed terecht.’
drie ut-toekenningen UIT HET COMENIUSPROGRAMMA
Drie UT-wetenschappers ontvingen een beurs uit het Comeniusprogramma, dat bijdraagt aan de vernieuwing en verbetering van het hoger onderwijs in Nederland. Er zijn drie verschillende beurzen: de Teaching Fellow-, Senior Fellow- en Leadership Fellowbeurs.
Senior Fellow
- Jan Buitenweg: Flexibiliteit en Regie door samenwerking in de UTCI! – Realisatie en best-practice implementatie van een competentie gebaseerde online werkplaats voor individuele studiepaden en curriculumontwikkeling.
- Klaasjan Visscher: Scaffolding Transdisciplinary Learning in Responsible Challenge-based Education
Teaching Fellow
- Xavier Pouwels: Towards Open Science within Health Care Technology and Management Education
Wat zijn die Hogeronderwijspremies ook alweer?
Wat voor festival?
Het heet het ComeniusFestival en het is van het ComeniusNetwerk. Dat netwerk van onderwijsvernieuwers in hbo en wo is in 2018 is opgericht. Het was een idee van de toenmalige minister van Onderwijs, Jet Bussemaker.
Er zijn toch ook Comeniusbeurzen?
Ja, dat zijn beurzen voor onderwijsvernieuwers en de winnaars worden inderdaad lid van het ComeniusNetwerk. Ze bestaan sinds 2016 en er gaat elk jaar 6,2 miljoen euro naartoe. Ook de docenten van het jaar, die studentenorganisatie ISO verkiest, worden lid van het netwerk. En natuurlijk de winnaars van de Hogeronderwijspremies.
Maar die beurzen zijn dus iets anders dan die premies?
Ja.
Waar komen die premies vandaan?
Ook die waren een initiatief van Jet Bussemaker. Eigenlijk wilde de minister een soort Spinozapremies voor het onderwijs in het leven roepen: elk jaar twee grote prijzen van 2,5 miljoen euro voor onderwijsvernieuwing. Er kwam veel kritiek op dat plan, dat het ‘supersterrenmodel’ zou versterken. Er was toch al weinig geld voor het onderwijs, waarom zou je dan twee enorme bedragen toekennen, als je het ook wat beter kon verdelen? Naar die kritiek is geluisterd.
Wat was het doel?
Onderwijs moet meer aanzien krijgen, vond de minister, en ze dacht dat prijzen zouden helpen. Bovendien zou het geld de onderwijsvernieuwing kunnen aanjagen.
Hoe hoog zijn die premies?
De nummers één in hbo en wo krijgen 1,2 miljoen euro voor hun onderwijsplannen. Nummers twee en drie krijgen respectievelijk 800 duizend en 500 duizend euro. Dat is bij elkaar 5 miljoen euro.
Wie waren er dit jaar genomineerd?
Dat waren de hogescholen Fontys (winnaar), NHL Stenden (nr. 2) en Codarts (nr. 3). Onder de universiteiten waren de genomineerden Twente (winnaar), Leiden (nr. 2) en de Universiteit van Amsterdam (nr. 3).
Wat doen ze met het geld?
Twente laat masterstudenten van verschillende opleidingen (van filosofie tot technische studies) in een speciaal DesignLab samenwerken aan maatschappelijke uitdagingen. Fontys heeft een team dat studenten met allerlei onderwijsprojecten wil opleiden tot ‘self-directed professionals’. Ze gaan aan de slag met uiteenlopende onderwerpen als dementie, Dutch design en business innovation.
Leuk voor ze!
Maar als het even kan: leuk voor iedereen. Dijkgraaf hoopt dat andere onderwijsinstellingen van de winnende ideeën leren en ook zoiets gaan doen. Of zoals hij het formuleert: 'Ik hoop dat deze projecten breder uitgerold kunnen en gaan worden, daar hebben we allemaal wat aan.'