Er komen steeds meer buitenlandse studenten naar de Nederlandse universiteiten. Vooral bij populaire studies, met een numerus fixus, komen Nederlandse studenten in het gedrang. Ze worden weggeconcurreerd, zegt UvA-voorzitter Geert ten Dam tegen NRC.
Toestroom indammen
De universiteiten willen al jaren ‘instrumenten’ waarmee ze onderscheid kunnen maken tussen internationale en Nederlandse studenten en ze de toestroom in goede banen kunnen leiden. Het gaat dan bijvoorbeeld om grote studies als psychologie.
Maar een wet die daarvoor moest zorgen, is met de val van het vorige kabinet blijven hangen in de Eerste Kamer. Het idee was dat universiteiten en hogescholen studenten zouden toelaten tot een Nederlandstalige óf een Engelstalige track. Voor de Engelstalige track konden de instellingen dan een maximum aantal eerstejaars vaststellen. Zo zou je bij de toelating niet op nationaliteit discrimineren, maar toch de toestroom van buitenlandse studenten kunnen indammen.
In de prullenmand
Minister Dijkgraaf gooide de wet in de prullenmand: hij wil er beter over nadenken. De UvA wil op de nieuwe wetgeving vooruitlopen in een ‘experiment’. Daar moet de minister dan wel toestemming voor geven.
Dijkgraaf zei deze zomer in een interview met het HOP: 'Ik kan de gereedschapskist volstoppen en dan kan iedere boer zijn eigen stukje van de dijk onderhouden, maar daarmee is de dijk nog niet bewaakt. We moeten een landelijke blik op internationalisering hebben: wat willen we met zijn allen? Die blik ontbreekt nog.'
De meeste universiteiten willen de groei beperken, maar niet allemaal. De Maastrichtse collegevoorzitter Rianne Letschert krijgt bijvoorbeeld een 'vervelende bijsmaak' van de wens het aantal buitenlandse studenten te beperken, zegt ze tegen NRC.