De Tweede Kamer stelde aan de ministers van Onderwijs een waslijst aan vragen in aanloop naar het debat over de begroting van volgend jaar. Ook de rente op studieschulden kwam aan bod.
Die vragen zijn nu beantwoord. Hoeveel zou het kosten om de rente op studieschulden op nul procent te houden? Het is ingewikkeld om een goede schatting te maken, antwoordt minister Dijkgraaf, maar hij doet toch een poging.
780 miljoen
De totale studieschuld bedraagt ruim 28 miljard euro en volgens het Centraal Planbureau zal de rente op de lange termijn gemiddeld uitkomen op 2,75 procent. Dat komt neer op 780 miljoen euro per jaar.
Momenteel zijn er twee rentetarieven. Voor de (oud-)studenten van het leenstelsel stijgt de rente per 1 januari naar 0,46 procent, terwijl mbo’ers en (voormalige) studenten uit het oude stelsel 1,78 procent verschuldigd zijn. Voor aflossers staat die rente vijf jaar vast.
Wat zou het kosten als ze allemaal 0,46 procent gaan betalen, wilde de Tweede Kamer weten. Dan gaat het niet om de lange maar om de korte termijn. Voor de komende vijf jaar zou het om ongeveer veertig miljoen euro voor de mbo’ers gaan, plus 280 miljoen voor de (voormalige) hbo- en wo-studenten uit het oude stelsel.
Als de basisbeurs in september 2023 weer terugkeert, krijgen nieuwe mbo’ers dezelfde leenvoorwaarden als studenten in het hoger onderwijs. Voor hen geldt dan dezelfde rente en ze mogen het aflossen van hun schuld over 35 jaar uitsmeren. Mbo-studenten die al eerder zijn gestart en nog recht hebben op studiefinanciering, krijgen van het kabinet de keuze onder welke leenvoorwaarden ze willen vallen.
Neutraal
Er staat niet bij welke partij de vragen heeft gesteld, omdat het ‘feitelijke’ vragen zijn. In de praktijk zijn de vragen vaak wel politiek geladen.