In november waarschuwde de Onderwijsraad dat een aanzienlijk deel van de hbo-studenten aan lerarenopleidingen een diploma behaalt terwijl hun opleiders hen niet startbekwaam achten: ze zijn onvoldoende in staat om goed taal- en rekenonderwijs te geven. De raad pleitte daarom voor landelijke eindtoetsen bij de pabo’s en tweedegraadslerarenopleidingen Nederlands en wiskunde.
Zo ver lijkt minister Dijkgraaf voorlopig niet te willen gaan, maar er moet wat hem betreft wel iets gebeuren. Met de lerarenopleidingen had hij in december al afgesproken dat ze opnieuw gaan kijken wat een beginnende leraar moet kennen en kunnen. Ook de kennistoetsen en curricula zullen beter op elkaar worden afgestemd, in de hoop dat de kwaliteitsverschillen tussen de opleidingen daardoor kleiner worden. Maar de minister erkent dat er nu ‘onvoldoende garantie is dat dat elke student volledig startbekwaam van de opleiding komt’.
Hij laat de NVAO analyseren hoe haar positieve accreditaties van de lerarenopleidingen te rijmen zijn met de signalen van de Onderwijsraad, schrijft hij aan de Eerste Kamer. Mede aan de hand van die analyse gaat Dijkgraaf met de lerarenopleidingen in gesprek. ‘Vervolgens zullen we vaststellen welke maatregelen passend zijn.’