De rente stijgt en dat gaan oud-studenten merken. Ze gaan meer betalen voor hun studielening. Het ministerie verwacht volgend jaar al een ‘meevaller’ van 141,6 miljoen euro. In 2028 betalen de oud-studenten samen 325 miljoen euro aan rente, raamt het ministerie.
Deze extra opbrengsten vloeien niet naar het onderwijs terug, staat in een toelichting, maar naar de schatkist.
Verrassing
Het oplopende bedrag aan rente op de studieschulden is waarschijnlijk de grootste verrassing op de OCW-begroting ten opzichte van vorige jaar. Met de verkiezingen in zicht kan het veel stof doen opwaaien. De verwachting is wel dat studenten de komende jaren minder gaan lenen dankzij de nieuwe basisbeurs.
Het kabinet heeft overigens nog een meevaller in de studiefinanciering in 2024. Er blijken minder studenten in het mbo en hoger onderwijs te zijn en dat scheelt 160 miljoen euro. Op de langere baan gaat het om 70 miljoen euro per jaar.
Grote bedragen
Andere grote bedragen op de begroting waren al bekend. Denk bijvoorbeeld aan de 300 miljoen euro voor wetenschappers met een vaste baan aan de universiteiten (de starters- en stimuleringsbeurzen) en de 200 miljoen euro voor de landelijke afspraken binnen sectoren. Voor praktijkgericht onderzoek aan de hogescholen is er 100 miljoen euro per jaar beschikbaar.
Achter de komma gaat het bedrag per student de komende jaren een beetje omhoog en dan weer omlaag – tenzij het roer na de verkiezingen weer wordt omgegooid. Het gaat in 2024 om 9,7 duizend euro voor hbo-studenten en 8,7 duizend euro voor wo-studenten.
DUO
Verder staan er enkele kleinere, maar opmerkelijke bedragen in de Rijksbegroting. Studiefinancier DUO heeft bijvoorbeeld 1,2 miljoen euro over. Dat wordt besteed aan de dienstverlening en de ‘rechtmatigheid’ van het studiefinancieringsstelsel.
DUO houdt die 1,2 miljoen euro over doordat de instantie – dankzij nieuwe regels – minder ov-boetes hoeft op te leggen aan studenten die hun reisproduct te laat van hun ov-chipkaart halen. Die boetes liepen ooit op tot vele tientallen miljoenen per jaar.
Totaal
Het primair en voortgezet onderwijs beslaan bijna de helft van de totale OCW-begroting. Het hoger onderwijs en onderzoek zijn goed voor ruim een kwart van de uitgaven. Nog eens zo’n 11 procent is voor de studiefinanciering.
© HOP. Bron: Rijksbegroting ministerie van OCW.