Kom maar op met die rechtszaak, zegt Bruins

Het kabinet ziet een rechtszaak tegen de bezuinigingen op het hoger onderwijs met vertrouwen tegemoet. Dat blijkt uit de antwoorden van minister Eppo Bruins op vragen van de Eerste Kamer.

Photo by: Martijn Beekman

De bezuinigingen op universiteiten en hogescholen zijn niet onrechtmatig of onredelijk, stelt Bruins in een schriftelijk overleg met senatoren van de oppositie. Maar de instellingen kunnen altijd een procedure aanspannen ‘als zij daartoe onverhoopt wel aanleiding zien’.

Meerderheid

Binnenkort gaat de Eerste Kamer de OCW-begroting behandelen, waarin nog altijd honderden miljoenen euro’s op hoger onderwijs en onderzoek worden bezuinigd. Het kabinet erkent ‘dat deze bezuinigingen pijn doen’, maar voorziet geen juridische problemen.

Het kabinet kan in principe rekenen op een meerderheid: de vier regeringspartijen krijgen steun van de drie christelijke partijen en JA21. Het moet gek lopen, wil deze begroting nog stranden.

Twijfels

Maar er leven wel twijfels over de juridische houdbaarheid van de bezuinigingen. Het vorige kabinet heeft immers een ‘bestuursakkoord’ gesloten, waar ook extra geld bij hoorde. Er zijn dus verwachtingen gewekt, vinden met name de universiteiten, en het huidige kabinet kan die verwachtingen niet zomaar terzijde schuiven.

Tijdens een deskundigenbijeenkomst van vorige week bevestigde een hoogleraar bestuursrecht dat zo’n procedure niet kansloos is. De financiële afspraken zijn namelijk behoorlijk concreet.

De universiteiten hebben nu nog geen procedure aangespannen, zegt een woordvoerder van koepelvereniging UNL. Dat kan pas als er een besluit is genomen waartegen de universiteiten in beroep kunnen, maar de Eerste Kamer moet nog over de begroting stemmen.

Voldoende recht gedaan

Het kabinet maakt zich geen zorgen. ‘We beseffen terdege dat de bestuurlijke afspraken een bepaalde mate van vertrouwen hebben gewekt bij de instellingen, met bijbehorende verwachtingen’, aldus Bruins. Maar daaraan is voldoende recht gedaan, meent hij.

Neem de bezuiniging op de starters- en stimuleringsbeurzen, die het kabinet schrapt. Hierover zijn de universiteiten op Prinsjesdag 2024, ‘ruim drie maanden voorafgaand aan het nieuwe jaar’, geïnformeerd. Dat is vroeg genoeg, aldus Bruins. ‘Daarmee hebben universiteiten de gelegenheid gehad om maatregelen te nemen om eventuele nadelige gevolgen op te vangen.’

Bovendien zijn de universiteiten nog geen financiële verplichtingen aangegaan, stelt hij, en anders hebben ze daar nog genoeg geld voor. Van die beurzen blijft 78 miljoen euro per jaar over, dat ze aan die verplichtingen kunnen besteden.

Sterk

Volgens critici doen de bezuinigingen schade aan de Nederlandse economie waar het kabinet zich nu juist zo druk om maakt. Het kabinet wimpelt dit niet helemaal weg, maar toch: ‘Ondanks de bezuinigingen blijft Nederland sterk in onderwijs en onderzoek: de totale uitgaven van Nederland aan onderzoek en ontwikkeling liggen al jaren boven het gemiddelde van de EU’, aldus Bruins.

Hij houdt nog altijd vast aan het Europese streven om drie procent van het bruto binnenlands product (een maat voor de omvang van de economie) aan onderzoek en ontwikkeling te besteden. Hoe je dat doet in tijden van bezuinigingen? ‘Er zijn vooral meer private investeringen nodig’, schrijft Bruins. Kortom, het bedrijfsleven moet ervoor betalen.

Stay tuned

Sign up for our weekly newsletter.