Deze week kwamen de Europese bewindslieden van onderzoek en innovatie in Amsterdam bijeen. Daar brak staatssecretaris Dekker opnieuw een lans voor open access in de wetenschap: het principe dat de uitkomsten van wetenschappelijk onderzoek voor iedereen vrij toegankelijk moeten zijn.
Moet u uw collega’s nog steeds van open access overtuigen?
‘Eigenlijk niet meer. Twee, drie jaar geleden waren Nederland en Groot-Brittannië voorlopers in deze discussie, maar we komen inmiddels in de fase dat steeds meer beleidsmakers en universiteiten ervan overtuigd zijn dat we die kant op moeten. Nu is vooral de vraag: hoe pakken we het aan? De komende vijf maanden, tijdens het Nederlandse voorzitterschap van de EU, willen we realistische ambities formuleren die universiteiten helpen in onderhandelingen met de grote uitgeverijen.’
U wilt de markt een handje helpen?
‘Dat kan, maar het helpt ook dat universiteiten zelf van het belang doordrongen zijn. De gesprekken met uitgeverijen vinden nu op een hoger niveau plaats. Niet langer zijn het de directeuren van universiteitsbibliotheken die over de abonnementen op tijdschriften onderhandelen, maar de voorzitters van universiteiten. In Nederland is er een mooie deal met uitgeverij Springer gesloten en ook Elsevier zet voor het eerst een stap in de richting van open access.
Als we in Europa samenwerken, kunnen we nog verder komen. We kregen van de Europese universiteitenvereniging LERU een petitie met tienduizend handtekeningen van vooraanstaande wetenschappers die ons oproepen: doe hier wat aan. Dat ervaar ik als een grote steun in de rug.’
Wat wilt u binnen Europa bereiken?
‘Dat open access een grotere rol gaat spelen. Op onze uitnodiging hield Bill Gates dinsdagavond een toespraak over open access. Zijn Bill & Melinda Gates Foundation betaalt onder meer onderzoek naar infectieziektes en stelt als eis dat alle wetenschappers, de knapste koppen van over de hele wereld, met de uitkomsten aan de slag kunnen. Vooral ook in Afrika.
In de voorwaarden voor Europees onderzoeksgeld staat nu dat wetenschappers de resultaten ‘zo snel mogelijk’ voor iedereen beschikbaar moeten stellen, maar dat laat ruimte voor lange embargoperiodes [waarin het artikel alleen tegen betaling te lezen is; red.]. Dat gaat minder ver dan de Nederlandse onderzoeksfinancier NWO: die stelt tegenwoordig de eis dat de uitkomsten onmiddellijk in open access beschikbaar worden gesteld.’
Als uw collega’s intussen overtuigd zijn, wat is het probleem dan nog? Waarom hebben oude tijdschriften als Nature en Science dan nog zoveel invloed?
‘Het heeft te maken met de carrière van jonge wetenschappers. Hoe beoordelen wij hun publicaties? Als jonge wetenschappers in Nature of Science kunnen publiceren, dan wil je ze die kans niet ontnemen. Dat is terecht, ik begrijp dat goed. Het is een grote verleiding.’
Helpt het dat Nederland nu EU-voorzitter is?
‘Het voorzitterschap heeft voor- en nadelen. We kunnen het onderwerp op de agenda zetten. In april organiseren we een grote bijeenkomst op gebied van open science. Maar als voorzitter ben je ook een honest broker. Op zulke bijeenkomsten moet ik ervoor zorgen dat er goede ‘conclusies’ komen en kan ik niet de hele dag het Nederlandse standpunt verdedigen. Maar één ding is zeker: open access slaat aan, ook bij collega’s in andere landen.’