Er waren meerdere tekenen aan de wand dat het de UT financieel gezien minder voor de wind zou gaan. Een tegenvallende instroom en rode cijfers vorig jaar, gestegen energiekosten, het fors bijstellen van de ambities in de Spring Memorandum en een vacaturestop-light sinds eerder dit jaar.
Het college van bestuur kondigde vorige week per alarmerende mail ‘acute maatregelen’ aan om de zeilen bij te zetten. En dat is een pakket met niet mis te verstane maatregelen: geen uitbreidings- of vervangingsvacatures en het niet verlengen van tijdelijke contracten bijvoorbeeld. Het is te hopen dat zo’n rigoureuze ingreep niet leidt tot talentverspilling. Hoe salonfähig tijdelijke contracten ook zijn geworden aan universiteiten, de mensen die hier werken zijn meer dan wegwerpwetenschappers en dienen ook zo behandeld te worden.
Snijden in het eigen vlees, de personeelslasten, is evenwel een logische reflex. Zeker in de wetenschap dat grofweg 70 procent van de totale UT-uitgaven uit loonkosten bestaat. Er zit echter meer subtekst in andere aangekondigde maatregelen: het stopzetten van inhuur en consultancy. Dat is een verkapte bekentenis dat de UT evenals de overheid de neiging heeft om extern (dure) expertise in te kopen, vermoedelijk door het gebrek aan voldoende handelingsbekwame mensen in eigen huis. Dat lijkt in lijn met wat Pim Fij zei bij zijn afscheidsinterview afgelopen jaar: ‘We hebben meer dan genoeg adviseurs en meedenkers. Maar te weinig mensen die de mouwen opstropen en uitvoeren.’
Saillant wordt het echter bij de laatste in het rijtje van genoemde maatregelen: ‘geen lunches of catering bij overleggen’. Het college van bestuur weet ook dondersgoed dat dit geen miljoenenkostenpost is, maar het signaal is duidelijk: in de afgelopen vette jaren is op deze universiteit een patroon ingesleten dat zo’n vergaderlunch eerder regel dan uitzondering is. En dat de uitbuikende UT’er – ongetwijfeld niet over de gehele linie – het is gaan zien als een recht, in plaats van een voorrecht.
Dat gedragspatroon is een faux pas voor een publiek bekostigde instelling die zich wil profileren als ‘people first’-universiteit in nauwe verbinding met de samenleving. Hoe banaal het sneuvelen van de vergaderlunch ook is, laat het vooral een signaal zijn dat terughoudendheid en zuinigheid niet alleen deugden zijn voor de aanstaande magere jaren, ze hadden ook in de afgelopen vette jaren stand moeten houden.
Wat geldt voor de lunches geldt daarom net zo goed voor ons gedrag in brede zin. Voor het aanbesteden en uitbesteden, het reizen en overnachten, de drang tot ‘opmaken’ van budgetten en voor ander doen en laten. Ook al zijn we sinds 2020 onze ambtenarenstatus kwijt, de grondhouding ten opzichte van publieke middelen zou daar niet onder hoeven te lijden – ook wanneer het geld tegen de plinten klotst. (Publiek) geld kan je eenmaal uitgeven, maar het kan geen kwaad om er vaker dan twee keer over na te denken. Ook over een belegd broodje van de cateraar, of een eigen bammetje van huis.