Vijf dagen lang zuipen, gezelligheid en af en toe ook een beetje tennis. Zo kun je het Nederlandse Studenten Kampioenschap Tennis bij het Tilburgse T.S.T.V Lacoste, het beste omschrijven, vertelt Darwin Pot (21), barcommissaris en speler bij Ludica.
Met hoeveel man togen jullie naar Tilburg?
‘Zeventien Ludicanen waagden zich van vrijdag tot en met zondag aan dit kampioenschap, waarvan ongeveer een mannetje of vijftien ook daadwerkelijk op de baan stond. Het geeft wel aan hoe het er aan toe ging. Niet eens iedereen ging mee vanwege het tennis, maar meer vanwege de gezelligheid. Wie mee wilde mocht mee. Alle studenten tennisverenigingen van Nederland deden overigens mee aan dit NSK.’
Hoe was het niveau?
‘Er was geen sprake van een hoog niveau. Er werd wel goed getennist, maar het zegt genoeg dat niet eens alle aanwezigen op de tennisbaan stonden. Sommigen kwamen puur voor de gezelligheid. Daarnaast stond niet eens iedereen die wél speelde op de goede baan. Door dit gebrek aan scherpte speelden we bijvoorbeeld tegen tennissers in een lagere categorie dan wijzelf. Als klap op de vuurpijl verloren we die pot ook nog. De gelegenheid om andere dingen te doen was er volop, in de vorm van activiteiten. Donderdagavond was er een quiz, en zaterdagavond een cantus en feest. Om terug te komen op je vraag, er was geen vereniging die er op sportief vlak echt bovenuit stak. We waren allemaal gelijkgestemd en de sfeer was heel losjes. Meestal stonden we halfdronken op de baan.’
Waren er dan geen enkele sportieve verwachtingen vooraf?
‘Nee. We dachten: het is leuk als we ver komen, maar ook geslaagd als we er direct uit vliegen. Voor ons als bestuursleden is zo’n toernooi extra leuk, omdat je de bestuursleden van andere studenten tennisverenigingen in het land weer eens ziet. We onderhouden een goede band met de andere besturen. Daarnaast hadden we gedurende dit kampioenschap even geen verantwoordelijkheden. We zagen het meer als een leuk weekendje weg.’
Ondanks het gebrek aan fanatisme haalde een Ludica-duo toch de finale?
‘De tegenstander in de halve finale besloot halsoverkop ergens anders heen te gaan. Hierdoor ging de overwinning automatisch naar ons. Zo blij als we waren hebben we niet eens achterhaald waar ze nou precies heen gingen. Kennelijk vonden ze iets anders belangrijker. De finale verloren we daarna wel. ’
Was er verder nog iets opvallends?
‘Op de zaterdagochtend kwam onze tegenstander met een fles cava aanzetten. Ze boden ons ook nog een slokje aan, maar daar hadden we op de vroege ochtend echt nog geen zin in.’