Gerard Jeurnink, docent bij de afdeling toegepaste wiskunde van de faculteit EWI, zat in de UT-kerngroep die het afgelopen collegejaar vijf scholingsbijeenkomsten op de campus organiseerde. Ook in Delft, Eindhoven en Nijmegen bestonden kerngroepen van wiskundedocenten en wetenschappers die samen werkten aan de ontwikkeling van het nieuwe vak.
Jeurnink spreekt bij wiskunde D over een `exclusief vak', omdat niet elke middelbare school het aanbiedt en bovendien maar een beperkt aantal leerlingen ervoor kiest. `Dit vak is alleen toegankelijk voor scholieren met het technische profiel en het volgen ervan is geen instroomeis voor een universitaire studie.' Desondanks juicht hij de invoering van harte toe. `Veel scholieren hebben een verkeerd beeld van het wiskundeonderwijs op een universiteit. Ze denken dat ze sommetjes moeten maken, maar wiskunde is praktische problemen oplossen', zegt Jeurnink. `Het afgelopen jaar heeft onze kerngroep, bestaande uit zeven vwo-docenten en vier UT-medewerkers van ELAN en toegepaste wiskunde, geprobeerd om een domein van wiskunde D op te vullen met modules Modelleren. Heel belangrijk, want wiskunde is modelleren. En dát willen we overbrengen op de leerlingen.'
Scholieren hebben hun pakket voor het komende schooljaar al moeten kiezen. Voor wiskunde D loopt het niet storm. Jeurnink: `Op de bijeenkomst hoorde ik van vwo-docenten dat het om kleine groepjes gaat. Desondanks zie ik het nut er wel van in. Elke leerling die zich straks een beter beeld kan vormen van wiskunde in de wetenschap is meegenomen. Dát is de meerwaarde. Maar we hopen natuurlijk dat, met het door ons ontwikkelde materiaal, straks meer leerlingen wiskunde D zullen kiezen.'
Op de afsluitende bijeenkomst maandagmiddag in de Waaier werden tien verse syllabi overhandigd aan Gerrit van der Hoeven, opleidingsdirecteur informatica en lid van WO-Sprint, het landelijke stimuleringsprogramma om bètaonderwijs te promoten.
