Het zijn een paar van de vele voornemens die de TUE heeft neergelegd in haar strategische notitie 'Concurreren en samenwerken', die onlangs verscheen. Met de statements in het vlot uitgevoerde boekwerkje wil het Eindhovense College van Bestuur afrekenen met het wat stoffige imago van de TUE.
De wijze waarop de nieuwe Eindhovense CvB-voorzitter dr.ir. H. de Wilt zijn 'strategische schetsen' presenteerde, doet wel wat denken aan de ferme toon waarmee de Twentse rector Van Vught begin januari een nieuw UT-elan aankondigde. Van Vught zal overigens nog voor de zomer een nota uitbrengen over het onderzoek aan de UT, en het valt te verwachten dat ook de UT in de loop van dit jaar het nieuwe elan met dito voornemens zal invullen.
Zowel Twente als Eindhoven vinden dus dat er de komende jaren flink aan de weg moet worden getimmerd om de dalende instroom van techniekstudenten om te buigen in een stijgende curve, teneinde de industrie op maat te bedienen.
Voor de klas
De TUE acht het 'maatschappelijk gezien' van groot belang dat in het voortgezet onderwijs meer ingenieurs voor de klas komen te staan. Samen met de andere TU's wil de TUE een leidende rol spelen in het verzorgen van eerstegraads lerarenopleidingen. Samenwerking is belangrijk, met buitenlandse technologie-universiteiten, maar ook met Nederlandse 'alfa-bèta-gammacombinaties' waar eventueel kennis kan worden ingekocht.
Maar de concurrentie wordt niet geschuwd. De studievoorlichting wordt, ook buiten de eigen regio, geïntensiveerd en nieuwe, 'unieke', eigentijdse opleidingen zijn in de maak. Om aan de wensen en behoeften van de calculerende en (soms oudere) studenten tegemoet te komen, komen er deeltijdopleidingen, gekoppeld aan flexibele collegegelden. Bestaande ingenieursopleidingen of delen ervan kunnen worden omgesmeed tot nieuwe interfacultaire opleidingen.
Doorstromers
Door van de verkorte opleidingen voor HBO-doorstromers ook deeltijdvarianten te realiseren, wil men deze studenten de mogelijkheid bieden verder te studeren op technisch academisch niveau. Een adequate, vlotte wederzijdse doorstroming maakt een bindend studieadvies overbodig, aldus de nota. De TUE streeft naar een jaarlijkse instroom van duizend tot 1100 eerstejaars en een jaarlijkse uitstroom van 600 afgestudeerden. Het P-rendement moet naar 50 procent na 1 jaar en 65 procent na twee jaar, gevolgd door een 'postpropedeuse'-rendement van tenminste 90 procent. Dit alles met een gemiddelde studieduur van maximaal 5,5 jaar.
De TUE houdt onverkort vast aan de vijfjarige opleidingsduur, om studenten ook bij te spijkeren in sociale en communicatieve vaardigheden en met economische, bedrijfskundige en juridische kennis. Faculteiten kunnen, binnen de algemene strategie van de TUE, kiezen voor eigen profielen en zwaartepunten. De inkomsten uit tweede -en derdegeldsteroom moeten drastisch omhoog en de eigenstimuleringsfondsen ondergaan een forse uitbreiding. Promoveren in Eindhoven, gestreefd wordt naar 110 promoties per jaar, moet aantrekkelijker en binnen de afgesproken vier jaar plaatsvinden, met een rendement van 90 procent. Een TUE Holding bv gaat zich ontfermen over alle contractactiviteiten. Het eigen vermogen mag ook best wat actiever worden beheerd, aldus de nota.
Open cultuur
Naar buiten toe, maar ook intern wil de TUE een 'open cultuur' creëren die wordt gekenmerkt door flexibele communicatielijnen. Via trainingen zal de deskundigheid van het management op dit terrein worden bijgespijkerd. Faculteiten, die de medezeggenschap van hun studenten zelf dienen te regelen, krijgen de beschikking over kleine stafbureaus en bescheiden eigen administratieve en technische ondersteuning. Er komen speciale flats voor buitenlandse gastdocenten en studenten, evenals een 'bovenregionaal technisch educatiecentrum' (het Eindhovens Techniekhuis'), vergelijkbaar met het Twentse Da Vincicentrum in het voormalige bankgebouw aan de overzijde van de UT.
Satisfactie
Nieuw zijn ook de voorgenomen 'satisfactiepeilingen' onder studenten, die de nieuwe dienst Studentenzaken, gaat uitvoeren. Wat de medezeggenschap in de nieuwe bestuursstructuur betreft: het CvB wil daarover met de 'betrokken groeperingen' een voorstel formuleren dat ter goedkeuring aan de nieuw in te stellen Raad van Toezicht wordt voorgelegd. Interessant is ook dat er een Studentenkamer wordt opgericht waarbinnen alle studenten-en studieverenigingen met het CvB overleggen over het te voeren studentenbeleid van de TUE.
Hier en daar lijkt de TUE bezig met een inhaalslag; de UT zal diverse aspecten als bestaande Twentse activiteiten herkennen. Aan de andere kant: de kwieke nota bevat ook veel nieuwe aanzetten en zou absoluut niet misstaan in het voorlichtingspakket dat wordt uitgereikt aan aspirant-studenten. Het moet allemaal eigentijdser, beter, sneller, adequater en flexibeler. Met als inzet: de moderne, calculerende student en zijn studie, omgeven door gekwalificeerd en dynamisch personeel, dat voortaan een tijdelijke aanstelling krijgt met diverse detacheringsmomenten. Zodat, aldus de notitie, een 'uitdagend' loopbaancarrièreperspectief kan worden geboden. Inclusief didactische en managementscholing en 'sabbatical leaves'.
