Klinisch fysicus in kankerinstituut

| Redactie

Al toen hij ging studeren wist dr. ir. André Minken (33) wat hij uiteindelijk wilde: klinisch fysicus worden. Dat lijkt te gaan lukken. Sinds ruim een jaar is hij klinisch fysicus in opleiding in het Antoni van Leeuwenhoek Ziekenhuis, een van de grootste kankerinstituten in Nederland.

Minken wordt klinisch fysisch radiotherapie, gespecialiseerd in het toepassen van straling voor de behandeling van kanker en daardoor vergelijkbaar met een medisch specialist. Hij heeft een contract voor vier jaar, werkt 'gewoon', maar volgt daarnaast enig (onder meer medisch) onderwijs. Na minimaal drie jaar werkervaring kan hij de registratie als erkend klinisch fysicus aanvragen.

'Ik hou me vooral bezig met dosimetrie, het uitgebreid checken van versnellers op de afgifte van straling, de kwaliteitscontrole van de bestralingsapparatuur. Momenteel werk ik aan de toepassing van een andere methode om de doses te meten, met behulp van een film. Ook word je soms door de artsen bij een probleem gehaald. Als bijvoorbeeld iemand op een kussen ligt moet daarvoor worden gecorrigeerd. Andere fysici zijn verantwoordelijk voor het 'planningssysteem' waarmee de dosesverdeling binnen het lichaam wordt bepaald.'

'Tot een paar jaar geleden werd gewerkt met vrij grote velden en lage doseringen. Nu worden dat steeds kleinere velden en hogere doseringen. Dat betekent dat de planning en de instelling van de apparatuur steeds kritischer worden.'

Concreet

Minken heeft voor de klinische fysica gekozen omdat hij met zijn natuurkundige kennis graag iets zichtbaars, concreets voor mensen wilde doen. Arts worden trok hem niet. Het werken met patiënten valt echter niet tegen. 'Soms, als ik gevallen tegenkom die heel schrijnend zijn, moet ik dat wel even afreageren. Maar verder doet het je niet zoveel. Je werkt hier nog geen jaar en je stompt al af. Beroepsdeformatie, zou je kunnen zeggen.'

De klinisch fysici zitten, net als de specialisten, in de medische staf. 'Medici denken anders. Fysici zijn heel analytisch, abstract, zoeken naar het model en willen het zeker weten. Artsen doen dat niet, ze moeten vaak vrij snel beslissen wat er moet gebeuren.'

Uiteraard koos Minken tijdens zijn studie voor de biofysische richting. Hij zocht een afstudeerplaats in Nijmegen waar hij later tegen een interessante promotieplaats aanliep. 'Het leek me leuk en ik dacht, het kan nooit kwaad. Maar tijdens het laatste jaar van mijn onderzoek wist ik toch, nee dat is het niet. Het is te weinig toegepast en dit is afwisselender.'


André Minken

Stay tuned

Sign up for our weekly newsletter.