Recore Systems, opgericht in 2005, is een spin-off van UT-onderzoeksinstituut CTIT en komt voort uit onderzoekswerk in het Chameleon-project: Reconfigurable computing in hand-held multimedia computers van de vakgroep Computer Architecture for Embedded Systems van UT-professor Gerard Smit. De drie oprichters promoveerden in deze vakgroep.
`Toen we nog promovendi waren begon het al wel te kriebelen', vertelt Paul Heysters over het ontstaan van hun bedrijf. `We hadden een Chameleon-processor ontwikkeld die herconfigureerbaar is, een soort digitale alleskunner. We moesten de weg naar de markt zien te vinden, en het onderzoek vertalen in een product. Binnen de groep onderzoekers van het Chameleon-project durfden Lodewijk, Gerard en ik deze stap wel te zetten.'
De heren begonnen in 2005 met een TOP-regeling. `Dat was heel waardevol, want we ontdekten al snel dat de échte kennis en waarde niet op een schijfje staat, maar gewoon bij de mensen zit. Het was dus belangrijk om ons bedrijf vanuit de vakgroep te kunnen opstarten, met behulp van de mensen om ons heen.' Heysters herinnert zich die prille beginperiode dan ook als `leuk' en `redelijk onschuldig'. `We zaten in een vertrouwde omgeving en hadden nog geen mensen in dienst. Niet dat we destijds minder verantwoordelijkheid voelden, maar alles was wat minder complex en gemakkelijker te corrigeren.'
Al in 2006 verlaat Recore de veilige muren van de campus en vertrekt het naar het Business & Science Park. Smit: `Dat eerste huurcontract voor een bepaalde periode voelde heel serieus. Heel anders dan toen we een jaar daarvoor als eigen ondernemer aan de slag gingen.' Heysters en Rauwerda lachen, maar beamen het ook. `Om onze onderhandelingspositie te verbeteren besloten we de verdieping te huren met een andere starter. Samen sta je sterker.'
Het gaat Recore al snel voor de wind. Met hun businessplan weten ze meerdere prijzen binnen te halen. Waaronder de ING Startersprijs, de New Venture Business Plan Competitie, de STW Valorisatie Grant fase 1 (en later fase 2). Als klap op de vuurpijl krijgt Recore in september 2009 2,1 miljoen euro van het Point One Innovation Fund en de Participatiemaatschappij Oost voor de ontwikkeling en marketing van een nieuwe digitale ontvangerchip voor consumentenelektronica, zoals radiosystemen, draagbare tv's en mediaspelers. Het bijzondere van dit product zit hem in de aanpasbaarheid van de onderliggende hardware en de integratie van een compleet systeem in één chip.
Hoe ze zo snel tot een succesvol bedrijf konden uitgroeien is een vraag waarover het drietal even moeten nadenken. `We zijn niet eens heel snel gegaan', vindt Rauwerda. `We hebben juist stapsgewijs ons businessplan gevolgd. Je ziet een stabiele stijging in onze groei. We hebben ook continu moeten werken aan het vinden van financiering om weer een stap te zetten.'
Volgens Heysters zijn er - mede dankzij de verschillende prijzen en investeringen - verschillende mijlpalen geweest. Maar een belangrijke stap was de aanvraag van het CRISP Project, dat door de Europese Commissie in 2007 werd goedgekeurd. In dit project participeerde een consortium van grote bedrijven, met Recore als penvoerder. `Dat de Europese Commissie dit project van bijna 5 miljoen euro goedkeurde was een belangrijk statement voor ons. Daarna ging het snel.'
`We proberen de dingen gewoon heel robuust op te zetten', zegt Smit nuchter. `We beginnen niet ondoordacht, we proberen heel gericht dit bedrijf op te bouwen.' Hun ambities liegen er niet om. Recore heeft nu twintig man in dienst, maar dat aantal moet de komende vijf jaar uitgroeien naar vijftig tot zestig medewerkers. Heysters: `Om succesvol te zijn in onze business moeten we een multinational worden, met honderden werknemers. Dat is een forse ambitie ja, maar eigenlijk kunnen we niet anders. De productie van de chips vindt in Azië plaats, veel ideevorming en ontwerpen komen uit Amerika of Europa en de markt is mondiaal. Maar in Nederland moet je wel voorzichtig zijn met dergelijke ambities. Ze houden hier niet van luchtfietsen.'
De band met de UT, een van de aandeelhouders van Recore, is nog steeds hecht. `Er lopen nog verschillende gezamenlijke projecten en ook hebben we hier regelmatig stagiairs en afstudeerders. Op technisch terrein werken we dus nog steeds goed samen', aldus Rauwerda. Heysters: `We merken dat de UT Recore als volwaardig bedrijf ziet.'
De Van den Kroonenbergprijs ziet het drietal dan ook als `erkenning'. `Twee jaar geleden waren we ook genomineerd, maar toen konden we nog niet genoeg laten zien. We moesten in het begin zelf op zoek naar erkenning. En nu krijgen we die door deze prijs. Als we dan zien welke ondernemers de Van den Kroonenbergprijs al hebben gekregen, dan is dat toch een heel mooi rijtje. Daar horen wij graag bij.'
Lodewijk Smit, Paul Heysters en Gerard Rauwerda met het beeldje dat zij ontvingen bij de Van den Kroonenbergprijs. (Foto: Arjan Reef) |