Als een koe eenmaal staat, weet je nooit wanneer hij weer gaat liggen. Voor die ontdekking kreeg Nederlander Bert Tolkamp afgelopen nacht de Ig Nobelprijs voor de kansrekening.
Het omgekeerde is een stuk makkelijker te voorspellen: hoe langer een koe ligt, hoe groter de kans dat hij weer opstaat, aldus Tolkamp en zijn collega’s. Tolkamp promoveerde ooit in Wageningen, maar werkt in Groot-Brittannië.
De Ig Nobelprijzen – afgeleid van de Nobelprijzen – zijn bedoeld voor onderzoek dat eerst doet lachen en dan doet nadenken. Nederlanders scoren traditioneel goed bij deze prijzen. De bekendste Nederlandse winnaar is waarschijnlijk Kees Moeliker, die homoseksuele necrofilie bij mannelijke eenden beschreef. Tegenwoordig zit Moeliker in de jury van de prijs.
Ook de Russisch-Nederlandse natuurkundige Andre Geim won de Ig Nobelprijs, toen hij een kikker liet zweven in een magneetveld. Drie jaar later won hij de Nobelprijs voor zijn ontdekking van grafeen.
Ander onderzoek dat dit jaar in de prijzen viel, was de ontdekking dat mestkevers zich oriënteren aan de hand van de sterrenhemel. Ook blijken mensen zich mooier te voelen als ze denken dat ze dronken zijn.
Twee jaar geleden won UT-psycholoog en -marketingdeskundige Mirjam Tuk een Ig Nobelprijs voor haar onderzoek waarmee ze aantoonde dat mensen rationelere beslissingen nemen met een volle blaas.