De reis van een PhD-candidate

| Sandra Pool

Frustraties. De weg kwijt zijn. Het even niet meer weten. Eenzaamheid. Het komt volgens Connie Nshemereirwe allemaal op je pad als PhD-onderzoeker. Het is part of the job, zegt de promovenda. En de fun? Die komt volgens haar wanneer je je realiseert dat je goed en relevant werk verricht.

Nshemereirwe sprak vandaag tijdens de kick-off van de TGS Research Honours pilot over hoe het leven van een promovendus eruit ziet. ‘Solistisch’, zegt ze. ‘Het leven gaat om mij en om wat ik doe.’ Ze adviseert de toekomstige onderzoekers om aan te sluiten bij P-NUT, het PhD-netwerk van de Universiteit Twente. ‘Je ontmoet je gelijke. Soms is het fijn om even stoom af te blazen bij elkaar. Daarnaast ben ik lid van de Toastmasters, een club gespecialiseerd in trainingen voor spreken in het openbaar. Een aanrader.’

Nshemereirwe noemt zich zelf een ‘oude’ PhD-candidate. ‘Ik kom uit Uganda en werkte daar zeven jaar als docent. Ik hou echt van het vak, maar het was voor mij niet voldoende. Ik wilde meer onderzoek doen. Na jaren in het onderwijs, zette ik toch de stap naar de wetenschap.’

Eerste jaar

Hoewel haar achtergrond verschilt met de deelnemers aan het TGS honoursprogramma, is de weg van een promotieonderzoek hetzelfde. ‘Het eerste jaar bestaat uit verwarring en frustratie. Je denkt dat je onderzoeksvoorstel helder is, maar dan komen er vele vragen los en weet je het niet meer.’ Vervolgt: ‘Dat gebeurt bij iedereen. Maar je voelt dat de tijd wegtikt en dat je probleem niet echt de kern van het probleem is. Je leest veel en krijgt informatie van collega’s. Besteed daarom veel tijd aan de probleemstelling.'

Data

Ze schetst dat het tweede jaar vooral bestaat uit data verzamelen. ‘Denk goed na over welke gegevens je nodig hebt en hoe je die analyseert’, adviseert ze. ‘Begin met een pilot wanneer je een nieuwe methode toepast. Je komt er dan bijvoorbeeld achter dat sommige enquêtevragen niet duidelijk zijn.’De relatie met de supervisor is ook een aandachtspunt. ‘Sommige zijn heel vrij en anderen heel strikt. Maak elke maand een afspraak met elkaar. Je verplicht jezelf zodoende om werk te verrichten.’ Tot slot raadt Nshemereirwe de studenten aan om eens per jaar een colloquium te organiseren. ‘Het dwingt je om een verhaal te vertellen en je onderzoek te communiceren naar anderen. Dat helpt je verder.’

Fascinatie

De PhD-candidate onderstreept nog eens het belang van het vinden van een geschikt onderwerp. ‘Je moet er fascinatie voor hebben. Dat geeft je motivatie en brengt je verder. Uiteindelijk realiseer je je dat je belangrijk werk verricht en die beloning is het allemaal waard.’

Stay tuned

Sign up for our weekly newsletter.