Na een korte warming-up voor het publiek kregen de teams van vier personen in verschillende rondes de tijd om met een theaterspelvorm de meeste stemmen voor zich te winnen. Drie rechters beoordeelden de teams op amusement, techniek en inhoud. Voor onvriendelijke opmerkingen werden rode en gele kaarten uitgedeeld, met een solo om het goed te maken tot gevolg.
Blauwe sok
NEST begint met de eerste ronde, omdat zij als eerste een blauwe sok uit het publiek weet te halen. Met een diashow waarin verschillende scènes worden uitgebeeld en toegelicht presenteren zij een uitstapje naar het Dolfinarium. Pro Deo start met een cumulatieve drie-in-de-pan. Een korte neutrale scène wordt gespeeld waarna de scène drie keer herhaald wordt, steeds met toevoeging van een emotie of een genre. Het publiek komt met een mooie locatie op de proppen: het afscheidsfeest van K3.
Serenade
In de slotronde wordt een vrijgezelle dame uit het publiek naar voren gevraagd. Mirte heeft de avond van haar leven als vier mannen van Contramime haar voor zich proberen te winnen door het zingen van prachtige serenades, inclusief gitaarspel en achtergrondzangers van de andere teams. Ze valt als ’een blok voor het lied ‘als je lief bent mag je even aan mijn krullen’.
NEST wint
Pro Deo speelt een muzikale stand-in over twee ex-huisgenoten in een badkamer, waarna NEST de avond in stijl afsluit met een sprusical -een sprookje en musical- met in de hoofdrol gingerbreadman, assepoester met aids, een unicorn, een dwerg en een bijenkorf. De act levert rozen op het podium en de meeste stemmen van het publiek op, waardoor NEST de battle wint.
Ineke van Opheusden is team-captain van NEST en vertelt: ‘We begonnen best goed. De tweede scène ging nergens heen, maar de tweede helft van de avond ging heel erg lekker. We hebben ook gewoon veel geluk gehad met wat we kregen. De grap van de battle? Het gaat er niet zozeer om wie er wint, maar het is vooral belangrijk dat Pro Deo niet wint. Daarom heb ik met NEST meegespeeld terwijl ik in het bestuur zit van Contramime, om onze talenten zoveel mogelijk te spreiden.’