Bussemaker kondigde haar rondgang donderdag aan tijdens een congres van lerarenopleiders. Ze wil weliswaar horen wat er moet gebeuren, maar greep haar toespraak vooral aan om haar eigen opvattingen voor het voetlicht te brengen.
Meer begrip en respect
Leraren hebben geen makkelijk vak, meent Bussemaker, alleen al omdat ze de tijdgeest moeten bijbenen. Ze wees op de toenemende rol van technologie in de samenleving, maar ook op een probleem als radicalisering van leerlingen die de vreemdste denkbeelden van het internet oppikken.
‘Na de aanslag in Parijs op de redactie van Charlie Hebdo hebben we gezien, hoe zo’n gebeurtenis in een ander land, scholen hier in beroering brengt. Hoe het de sfeer beïnvloedt, leidt tot schorsingen, heftige discussies. Hoe het sommige leraren het gevoel geeft met lege handen te staan. En bij anderen juist zorgt voor meer begrip en respect.’
Toekomstmaker
Daarom wil de minister meer aandacht voor Bildung in het curriculum van de lerarenopleidingen. Ze wil studenten kritisch leren denken. ‘Hen uitdagen om zelfstandig inschattingen te maken. Hen stimuleren om na te denken over waar ze voor staan als leraar, in relatie tot de wereld om hen heen. Niet alleen pedagogisch-didactisch, niet alleen voor wat betreft kennisoverdracht. Maar ook in hun rol als waardendrager, toekomstmaker, voorbeeldfiguur.’
Startbekwaam vs vakbekwaam
Maar leraren mogen van Bussemaker niet denken dat ze na hun eigen opleiding klaar zijn met leren. Ze maakt een onderscheid tussen startbekwaam en vakbekwaam. ‘Met name beginnende leraren zoeken naar houvast en zekerheid. En dat heeft tot gevolg dat het vak van nature niet is ingericht op ‘leren’, maar eerder op ‘overleven’.’
Ze hoopt dat daar verandering in komt. Zo zouden leraren elkaar vaker een spiegel moeten voorhouden. ‘Als iets fnuikend is voor vernieuwing in een schoolcultuur én voor het leren van startende leraren, is het wel dat iedereen kiest voor veiligheid en op z’n eigen eiland blijft.’
Meer zij-instromers
Bovendien wil ze dat meer mensen het leraarschap kiezen als tweede carrière. Bussemaker wil zulke zij-instromers niet alleen op kennis, maar ook op geschiktheid selecteren. ‘Door hen te vragen: wat wil je bijdragen, wat is je persoonlijke en professionele drive, vanuit welke waarden wil je je vak vormgeven?’
Na haar rondgang gaat ze de ‘lerarenagenda’ schrijven, een document waarin het kabinet zijn visie op de onderwijspolitiek en het leraarschap geeft.