De Uraad vindt dat de visie een ‘goed en genuanceerd overzicht geeft over de mogelijke rol van ICT in het onderwijs’. Andere positieve punten volgens de raad waren het relativeren van mogelijke hypes en dat aangesloten wordt op de vragen van docenten over het inzetten van ICT.
Meer flexibiliteit
Zo staat onder andere in de visie het idee van een flipped classroom: je volgt hoorcolleges online thuis, in je eigen tijd, en op de campus kom je voor reflectie, discussie en groepsopdrachten. Dit past volgens de visie in ‘Student Driven Learning’ – mede bedoeld om bestaande problemen binnen TOM op te lossen, zoals meer flexibiliteit voor studenten en efficiëntie voor docenten.
Kort gezegd kunnen studenten door deze flexibiliteit beter extracurriculaire activiteiten in hun dagelijkse schema plannen en zijn docenten – door opgenomen collegemateriaal – op langere termijn minder tijd kwijt aan het voorbereiden van colleges.
Leerwinkel
Ook aan de aanbodkant moet ICT UT’ers meer gaan ondersteunen. In de vorm van een ‘leerwinkel’, gekoppeld aan het bibliotheeksysteem en een systeem om externe bronnen te zoeken. In deze leerwinkel komt materiaal uit online wetenschappelijke magazines, open educational resources zoals MOOCs en lesmateriaal geproduceerd door UT-onderzoekers en –studenten (denk aan scripties).
De Uraad zette vooral vraagtekens bij de financiële kant van de visie – zoals het aannemen van extra personeel – en had de wens om een overzicht in de jaarbegroting te krijgen. Ook wilde de raad de volgende universiteitsraadvergadering een overzicht van het beschikbare investeringsbudget voor de komende vijf jaar.
Eeuwigheid
‘We zitten niet te wachten op opbolling van de staf’, reageerde rector Ed Brinksma. ‘Sommige opleidingen willen vooroplopen. Dan is tijdelijk misschien extra mankracht nodig.’
Brinksma was het niet eens met het limiteren van de visie in een vijfjarig budget. ‘Dat voelt als een eeuwigheid, zeker als je naar de dynamiek kijkt op gebied van ICT.’ Hij vervolgde: ‘Als we met concrete plannen komen, kunnen we die dan tegen het licht houden.’ Brinksma pleitte er daarom voor om de visie na ieder jaar te evalueren en op basis daarvan bij te sturen.