Voor internationale studenten is het vaak lastig om een kamer op de campus te vinden. Dat zegt ook Bruno Guasti Motta. ‘Als je geen Nederlands spreekt of de intentie hebt om dat te gaan doen, hoef je niet eens te solliciteren.’
De 29-jarige Braziliaanse student civil engineering and management kreeg samen met zijn vriendin Rana Gabriel Taquini (29, communication studies) een jaar geleden via Acasa een kamer in het Mondriaan-gebouw, achter op de campus. Ze voelden zich er niet in thuis en zegden het na een maand op.
Toen kwamen ze in de knel. ‘Acasa en de Student Union wilden ons niet helpen met zoeken naar een nieuwe kamer. We sliepen een maand lang bij vrienden in de keuken. Ik probeerde elke makelaar in Enschede, nu hebben we eindelijk een huis.’
‘We hadden graag wat meer informatie gehad voor we in de kamer gingen, we kregen alleen een foto van de buitenkant. Ook de hulp die we vroegen, kregen we niet. We willen best in een Nederlandse groep wonen, maar solliciteren is erg lastig.’
Knullig
Suzanne Nijhuis (18) en Elsemiek Verheijer (22) studeren allebei industrieel ontwerpen en wonen samen met tien anderen aan de Calslaan. ‘Het maakt ons niet uit of je uit een ander land komt, als je je maar sociaal opstelt. We willen geen huisspook meer.’
Een tijd geleden hadden ze een Indiase huisgenoot. ‘Geen probleem op zich, maar de manier waarop dat gaat is erg knullig. Als je na een maand geen geschikte huisgenoot hebt gevonden, kan iedereen de kamer aanvragen. Internationale studenten zijn er snel bij, terwijl ze eigenlijk niet goed weten waarop ze solliciteren.’
Het maand-om-te-hospiteren-systeem valt ook bij Elvira te Wierik (20, gezondheidswetenschappen) niet in de smaak. ‘Het is een loterij,’ vindt de studente die aan de Calslaan woont. ‘Omdat je op deze manier niet weet met wie je gaat samenwonen, kan dat voor moeilijkheden zorgen.’
Deel van de groep
Dat is voor sommigen reden genoeg om de deur dicht te houden. ‘We doen ons best om geen internationale student binnen te halen,’ zegt Seth van Wieringen (19, werktuigbouwkunde), een buurman van Elvira. ‘Je verrijkt je huis met een huisgenoot of je hebt iemand die alleen aanwezig is.’
‘We hadden een jaar geleden zo iemand in huis, we zagen hem drie keer per jaar. Als iemand zich nu in zijn kamer opsluit, krijgt hij nog steeds de bijnaam van die ene huisgenoot. Je moet openstaan om deel uit te maken van de groep.’
De huizenkwestie is al langer een aandachtspunt voor de Student Union. Daarom organiseert de Union op dinsdag 27 oktober een forum, waarin belanghebbenden vanuit verschillende invalshoeken het woord krijgen om samen tot een oplossing te komen.