Nijmeijer was ruim vijftien jaar in dienst bij de UT en geeft aan dat ze iets nieuws wilde doen. ‘In Eindhoven zijn twee clusters sterk vertegenwoordigd: organische materialen en procesonderzoek’, licht ze toe. ‘Ik denk dat ik mijn onderzoek – dat draait om die twee clusters – beter inhoud kan geven en sterker kan neerzetten in Eindhoven.’
‘Jammer’
‘Ik vind het jammer dat ik wegga’, stelt Nijmeijer, die benadrukt dat het in goed overleg is gegaan met TNW-decaan Hans Hilgenkamp en rector Ed Brinksma. Tegelijkertijd snapt ze ook dat haar overstap naar Eindhoven gevoelig kan liggen.
Nijmeijer weet op dit moment niet of meer mensen van haar vakgroep haar zullen volgen naar Eindhoven. ‘Op dit moment is alleen zeker dat ik naar Eindhoven zal gaan’, zegt ze. ‘Er is op dit moment nog niet concreet met anderen gesproken, maar ik mag zelf de nieuwe vakgroep inrichten. Er moet zeker per persoon gekeken worden of iemand in Eindhoven aan de slag gaat, maar daar kan ik niet alleen zelf over beslissen.’
Nauw verbonden
De bedoeling is dat Nijmeijer vanaf begin 2016 aan de slag gaat in Eindhoven. ‘Natuurlijk is er dan ook een transitieperiode waarin ik verbonden ben aan beide universiteiten.’ Daarbij blikt Nijmeijer vooruit op een samenwerking tussen beide universiteiten in haar vakgebied.
Nijmeijer kijkt met een goed gevoel terug op haar tijd op de UT. ‘Ik heb hier met ontzettend veel plezier meer dan vijftien jaar gewerkt. De kwaliteit van onderzoek en onderwijs is hier gewoon ontzettend goed.’
‘De collegialiteit hier is ook enorm groot, dat merk ik ook aan de positieve reacties van mensen op mijn vertrek’, vervolgt Nijmeijer. ‘Ik blijf me nauw verbonden voelen aan de UT, maar ik heb ook zin om aan de slag te gaan in Eindhoven.’
Membraantechnologie op de kaart
Het college van bestuur over het vertrek van Nijmeijer: 'Zij heeft membraantechnologie op de kaart gezet en is daarmee altijd van zeer grote waarde geweest voor de UT. We wensen haar veel succes en zien ook uit naar een verdere samenwerking met haar en de TU/e', aldus rector Ed Brinksma.
