Beide projecten krijgen 50 duizend euro uit de stimuleringsregeling Open en online van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. ‘De subsidie is bedoeld voor vernieuwing in het onderwijs en het open beschikbaar stellen van leermaterialen, ook buiten de UT’, licht onderwijskundige Wytze Koopal toe. Hij begeleidde de subsidieaanvragen.
Filmpjes methodologieonderwijs
Een van de onderwijsprojecten is Flipping Research Methods Education: het opnemen van 60 korte Engelstalige video’s voor het onderwijs in methoden en technieken aan bachelorstudenten in de sociale wetenschappen.
‘Het idee is dat we geen frontaal hoorcollege meer geven’, vertelt projectleider Henk van der Kolk, politicoloog aan de UT. ‘We maken filmpjes, elk niet langer dan 10 minuten, waarin studenten 2, 3 of 4 begrippen leren. Die video’s kijken ze thuis, in hun eigen tijd. Aansluitend hebben we opdrachten waarin ze met die begrippen kunnen oefenen in een werkcollegesetting.’
Van der Kolk experimenteert nu al met de online minicolleges en hij is enthousiast. ‘Ik heb het idee dat de stof beter blijft hangen bij studenten. En voor mezelf is het fijn dat ik niet meer 10 keer hetzelfde college hoef te geven.’
Gemiddeld werden Van der Kolks filmpjes tot nu toe twee keer per student bekeken. Een keer voorafgaand aan het werkcollege plus een keer kort voor het tentamen, denkt de docent.
Digitaal schetsen
Het tweede project dat subsidie ontvangt is de ontwikkeling van Sketchlab. Dat moet een digitaal platform worden waarop studenten industrieel ontwerpen (IO) leren handtekenen. Projectleider is Pepijn van Passel, docent bij IO.
Het aanleren van schetstechnieken is arbeidsintensief en daardoor duur. Het doel van Sketchlab is het tekenonderwijs zo in te richten dat het minder docentonafhankelijk wordt en dat de student ook thuis en in zijn eigen tijd schetsvaardigheden kan leren en daarbij feedback krijgt van medestudenten, docenten en student-assistenten.
Matching
De subsidies van het ministerie worden toegekend onder voorwaarde van matching. Dat betekent dat de UT zelf ook 50 duizend euro in beide projecten steekt.