Wat betreft de eigen instroombeurzen voor internationale studenten is de UT op vier fronten actief: Holland Scholarships, Orange Tulip Scholarships (OTS), UT Scholarships (UTS) en er is een apart budget om ATLAS-studenten aan te trekken.
Verhoging
De komende twee jaar komt in ieder geval 200 duizend euro beschikbaar voor OTS-beurzen. Dat is een verhoging van 150 duizend euro per jaar. Het geld is bedoeld voor focuslanden van de UT: Brazilië, China, Indonesië en Mexico. Per land komen twee volledige beurzen beschikbaar. Daarnaast verkent de UT ‘nieuwe’ landen: Zuid-Korea, Rusland en Vietnam. Hier gaat het om drie halve beurzen, allen ter waarde van 12,5 duizend euro.
‘Het voordeel van de OTS-beurzen is dat internationaliseringsorganisatie EP Nuffic via de NESO-kantoren in die landen gratis publiciteit voor je genereert’, legt Ellen Touw (Strategie & Beleid) uit.
Kritische massa
Het budget voor UTS blijft het komende collegejaar vrijwel gelijk, 731 duizend euro. De UT stelt daarnaast 35 duizend euro beschikbaar voor Holland Scholarships. Als pilotproject kunnen aankomende bachelorstudenten van buiten de EU hier komend collegejaar ook aanspraak op maken.
De verhoging van het totale beurzenbudget past binnen de doelen van visiedocument Vision2020, zoals het verhogen van de internationale instroom en het creëren van ‘international classrooms’. Touw: ‘Als je zoiets wilt, moet je een bepaalde kritische massa aan internationale studenten hebben. Het inzetten van beurzen kun je zien als een investering om deze beleidsdoelstellingen te bereiken.’
Kritiek
Er is echter ook kritiek op het gebruik van beurzen. Zo heeft de Universiteitsraad twijfels over het nut en de noodzaak ervan. In een benchmark staat dat de UT ‘een zwakke speler is op de internationale markt voor wat betreft het aantrekken van internationale studenten’, met 2 procent marktaandeel in Nederland. Dat ondanks de conclusie dat de UT qua inspanningen ‘zowel kwalitatief als kwantitatief’ gemiddeld presteert.
Ook bleek uit de benchmark dat er geen één-op-éénrelatie is tussen het aanbieden van beurzen en het aantrekken van meer studenten. Touw: ‘Het is een moeilijk vergelijkbaar fenomeen. Kijk bijvoorbeeld naar MIT, daar hebben ze vanwege hun reputatie niet eens beurzen nodig.’
Sneeuwbaleffect
Touw weerlegt de kritiek: ‘Sommige mensen vinden bijvoorbeeld dat het geld naar het primair proces moet. Begrijpelijk, ik vind het vanzelfsprekend dat de UT in beurzen investeert, maar als docent zou ik er misschien ook anders in staan.’
Vervolgt: ‘Beurzen ondersteunen juist het primaire proces omdat ze extra instroom genereren waardoor er weer meer mogelijk is binnen het primaire proces. Daarnaast vloeit een flink percentage van de uitgekeerde beurs weer terug naar de middelen van de UT in de vorm van instellingscollegegeld.’
Volgens Touw is het argument dat beurzen een kortetermijnmiddel zijn ook niet juist. Zij denkt dat het aantrekken van de ene student een sneeuwbaleffect veroorzaakt bij mogelijke studenten. ‘Zeker via sociale media kunnen studenten makkelijk hun ervaringen delen met hun thuisland. Zijn die positief, dan kan het zeker helpen om andere studenten aan te trekken.’
Totaalpakket
Touw concludeert dat de UT er goed aan doet in het kader van Vision2020 ‘stevig in te zetten’ op beurzen. ‘Het gaat om de combinatie die je aanbiedt. Je totaalpakket moet op alle vlakken – van aantrekkelijke beurzen tot onderwijskwaliteit en faciliteiten – gewoon goed zijn. We moeten kritisch blijven kijken wat voor middelen we gebruiken om onze doelen te kunnen bereiken.’
Woensdag bespreekt de Universiteitsraad de stand van zaken wat betreft internationalisering. Een van die zaken is het beurzenbeleid, dat deels ter instemming voor ligt – zij het op enkele wijzigingen.
