Misschien wel één op de tien mensen aan een universiteit is hoogbegaafd, schat Corten. Een deel van hen heeft het er niet makkelijk. Hoewel zij op hoog niveau studeren en onderzoek doen, kunnen hoogbegaafden volgens Corten hun ei niet altijd kwijt aan een universiteit.
U gebruik liever de term vreemde vogels. Waarom?
‘Het woord ‘hoogbegaafd’ vind ik niet zo interessant. Dat gaat me te veel over IQ-testen die vooral een momentopname zijn. De term ‘vreemde vogel’ past beter bij het gevoel dat deze mensen zelf hebben: ik hoor er niet bij. Sommige mensen waarschuwden mij dat de term zou afschrikken maar hij blijkt juist veel mensen aan te trekken.’
Zelf bent u ook zo’n vreemde vogel.
‘Ja, ik worstel daar regelmatig mee. Net als andere vreemde vogels ben ik hooggevoelig en ik denk veel na over wat ik eigenlijk wil. Ik studeerde biologie, maar dat vond ik saai. Daarom ging ik er filosofie bij doen. Hoge cijfers haalde ik zelden.
Voor mijn afstuderen kwam ik in een lab terecht met allemaal vreemde vogels. Sommigen liepen daar al dertien jaar rond en deden prachtige dingen, maar het lukte hen niet om een diploma te behalen. Ze konden niet aan de eisen voldoen. Onze begeleider was gelukkig heel geduldig. Uiteindelijk ben ik wel afgestudeerd.’
U vindt dat vreemde vogels niet tot hun recht komen aan een universiteit. Waarom niet?
‘Het gevecht om de budgetten overheerst. De regels zijn te strak, het draait te veel om publicatiescores. Degenen die graag lesgeven, onderzoek doen en kennis willen vergaren, zitten er wel op hun plek. Maar dat geldt niet voor wie heel intelligent en innovatief is, maar wat meer persoonlijke aandacht nodig heeft.
In mijn boek noem ik het voorbeeld van een oud-student kernenergie die erachter kwam dat theoretische modellen niet klopten, terwijl die al jaren op de universiteit werden gebruikt. Mensen reageerden niet bezorgd, maar boos. Hoewel universiteiten zeggen dat ze kennis willen vergaren en verder willen komen, gebeurt dat niet altijd. Dat is voor vreemde vogels erg verwarrend.’
Waar lopen ze tegenaan?
‘Ze passen vaak niet in een hokje. Dat begint al op de basisschool. Ze voelen zich soms dom omdat ze niet doen wat van hen wordt verwacht. Als de juf vraagt wat ze in het weekend hebben gedaan, noemen ze heel andere dingen dan hun klasgenoten. Ze merken dat ze buiten de boot vallen. Ook worstelen ze met hun studiekeuze: alles is leuk, maar niet leuk genoeg.’
Wat moet je doen als je een vreemde vogel bent?
‘Het begint met het besef dat je anders in elkaar zit. Ga vervolgens op zoek naar gelijkgestemden om mee te sparren. Dat voorkomt dat je jezelf steeds kleiner maakt en somber wordt.
Vreemde vogels moeten leren hun intuïtie te volgen. Ze zijn namelijk geneigd alles verstandig aan te pakken. Maar een studie, baan of partner kiezen, werkt niet op die manier. Ze lopen dan een achterstand op ten opzichte van anderen.
Durf ook iets te doen wat anderen ongebruikelijk vinden. Zoek een omgeving waar gepionierd kan worden; waar niet alles vastligt, waar ze niet moeilijk doen over formaliteiten. En probeer in je communicatie meer rekening te houden met anderen, omdat die zich anders doodschrikken.’
Hoe bedoelt u?
‘Vreemde vogels moeten beseffen dat niet iedereen zo slim is als zij. Bij een vergadering bijvoorbeeld weten zij direct wat de essentiële punten zijn, terwijl de rest daar dan nog niet aan toe is. Daarom zeg ik weleens tegen mijn cliënten: lees je pas tijdens een vergadering in zodat je niet voorloopt op anderen. Wie te vroeg zijn mond opentrekt, wordt vreemd aangekeken.’
Dus eigenlijk moeten vreemde vogels zich een beetje inhouden?
‘Ja, terwijl het zonde is als hun talent onbenut blijft. Vreemde vogels hebben vaak heel goede ideeën. Een van mijn cliënten – onopvallend en bescheiden – heeft een groot probleem met een lopende band in een fabriek opgelost. Er waren al ingenieurs uit het buitenland ingevlogen, maar hij benaderde het probleem puur intuïtief, zonder protocollen te lezen, en kreeg voor elkaar wat een heel team niet lukte.’