‘Ik ben ontzettend trots op iedereen die dit mogelijk heeft gemaakt’, zegt Marjolein Dohmen-Janssen, portefeuillehouder onderwijs bij de faculteit ET. ‘Het was een enorme klus om zo snel een nevenvestiging op te zetten, docenten te werven en studenten aan te trekken.’
Doelstellingen
Aan alle belangrijke doelstellingen van de Amsterdamse vestiging is voldaan. Er zijn genoeg eerstejaars en de verhouding Nederlandse studenten en internationals is op orde. De Vrije Universiteit wilde dat minimaal 65 procent van de studenten uit eigen land komt om zo de arbeidsmarkt in de toekomst te bedienen van werktuigbouwkundigen. Dohmen-Janssen: ‘85 procent is Nederlands. Daarvan komt zestig procent uit Noord-Holland en nog eens tien procent uit Flevoland. Een mooie score, want in die regio werd tot nu toe geen werktuigbouwkundeopleiding aangeboden.’
De studenten beginnen maandag met colleges in de hoofdstad en komen woensdag naar Enschede. Een deel van de deelnemers verblijft dan in de blokhutten op de campus, anderen kiezen voor het U Parkhotel of de Broeierd, weet Dohmen-Janssen. ‘In het hotel kunnen ze voor een eigen kamer kiezen of die delen met twee of drie medestudenten.’
De studenten kunnen voor practica terecht bij de extra werkplaatsfaciliteiten achter de Horst. ‘Die uitbreiding was nodig’, aldus Dohmen-Jansen. ‘De instroom van de UT-bachelor is met zo’n 240 eerstejaars nagenoeg gelijk gebleven, maar vorig collegejaar hadden we een flinke groei. We hebben samen met deze Amsterdamse lichting een flink cohort aan Mechanical Engineering-studenten.’
Koppelen aan bedrijfsleven
De UT heeft een vacature opengezet voor een projectmanager bij de opleiding. Die krijgt onder andere de taak om al die studenten tijdens en na de studie aan het regionale bedrijfsleven in Enschede en Amsterdam te koppelen voor stages en afstudeeropdrachten. Dat is volgens Dohmen-Janssen het belangrijkste doel van de nevenvestiging: de arbeidsmarkt voorzien in de vraag naar hoogopgeleide werktuigbouwkundigen.
