Nobelprijs geneeskunde voor onderzoek naar hepatitis C

Twee Amerikanen en een Brit hebben de Nobelprijs voor de geneeskunde gekregen voor hun onderzoek naar de oorzaak van hepatitis C, een ernstige leverontsteking die miljoenen levens eist.

De laureaten zijn Harvey J. Alter en Charles M. Rice uit de Verenigde Staten en de Britse onderzoeker Michael Houghton. Hun werk heeft talloze levens gered, stelt het Nobelprijscomité.

In de jaren veertig werd ontdekt dat er twee soorten leverontstekingen zijn. Hepatitis A krijg je van vervuild water of eten, maar deze ziekte is relatief onschuldig. De tweede soort leverontsteking is erger: hij kan tot cirrose en kanker leiden. De ziekte kan onder meer worden overgedragen via het bloed.

Bloedtransfusies

Onderzoekers ontdekten dat sommige patiënten na bloedtransfusies zo’n leverontsteking kregen. Aanvankelijk merken deze patiënten niet dat er iets aan de hand is, wat het virus tot een sluipmoordenaar maakt: elk jaar kost de aandoening meer dan een miljoen mensen het leven.

Die tweede leverziekte kan door twee virussen worden veroorzaakt: het hepatitis-B- en het hepatitis-C-virus. Het eerste is al snel ontdekt (wat in 1976 met een Nobelprijs werd beloond). Maar de Amerikaanse onderzoekers Alter (1935) toonde in de jaren zeventig aan dat er een flinke groep patiënten overbleef waarbij de leverontsteking een andere oorzaak had én dat het om een virusinfectie ging. Dat was het begin van de zoektocht naar dit onbekende virus.

Chimpansees

De Brit Houghton heeft eind jaren tachtig het genoom van dit hepatitis-C-virus ontrafeld uit sporen van het virus in het bloed van besmette chimpansees. De vraag was alleen of dit virus inderdaad de enige oorzaak van de ziekte was.

Rice heeft volgens het comité het laatste stukje van de puzzel gelegd: hij toonde in de jaren negentig met genetische experimenten aan dat dit virus inderdaad in zijn eentje verantwoordelijk was voor de ziekte.

Dankzij dit onderzoek zijn er inmiddels medicijnen tegen deze leverziekte. Het onderwerp lag daarom voor de hand voor een Nobelprijs. In de Volkskrant stond het vanmorgen bijvoorbeeld als voorspelling genoemd, met Rice en twee anderen als winnaars.

Want dat is het nadeel van de Nobelprijzen: ze pikken enkele onderzoekers eruit die onmiskenbaar een grote rol hebben gespeeld, maar meer dan drie laureaten wijst het comité niet aan. Daardoor vallen er weleens onderzoekers buiten de boot die ook alle lof zouden verdienen.

Nederlanders

De Nobelprijs voor de geneeskunde en fysiologie is de eerste van dit jaar. In het verleden hebben twee Nederlanders de prijs gewonnen: Niko Tinbergen in 1973 voor zijn onderzoek naar het gedrag van sociale dieren zoals bijen en vogels, en Christiaan Eijkman in 1929 voor zijn onderzoek naar vitamines.

De drie laureaten delen samen de prijs van 9 miljoen Zweedse kronen, oftewel zo’n 860 duizend euro.

Stay tuned

Sign up for our weekly newsletter.